CARDIOVASCULAIR JAARVERSLAG

2022

 

Bekijk het jaarverslag

Voorwoord
01

Onze afdelingen
02

Zorg
03

Klinische resultaten en productie
04

Onderwijs en opleiding
05

Wetenschap en onderzoek
06

Wetenschap en onderzoek per afdeling
07

01 Voorwoord

We blikken terug op 2022, een jaar waarin er veel is gebeurd, maar waar we ook met tevredenheid op terug kijken. Door met elkaar de schouders eronder te zetten hebben we op de drie pijlers Patiëntenzorg, Onderwijs, en Onderzoek mooie resultaten weten te behalen die verderop in het jaarverslag beschreven staan.

W

ij hebben dit jaar met een uitzonderlijk hoge kwaliteit meer patiënten kunnen helpen en we mogen heel tevreden zijn met een mortaliteit die aanzienlijk lager ligt dan voorspeld en met een ziektelast die voor veel patiënten aanzienlijk gereduceerd of weggenomen is.
Het Cardiovasculair Interventiecentrum (CVIC) dat in 2021 geopend werd is inmiddels een fantastisch centrum geworden waar met plezier en enthousiasme hard gewerkt wordt aan topzorg op het gebied van cardiale interventies en operaties. We mogen daar super trots op zijn.

De afdeling Vaatchirurgie verwelkomde dr. Abbey Schepers in 2022 als afdelingshoofd. Zij nam het stokje over van prof. dr. Jaap Hamming. De afdeling Cardiothoracale Chirurgie verdiepte datzelfde jaar de samenwerking verder met Amsterdam. Plannen werden omgezet in daden en verbeterteams gingen aan de slag om op de onderwerpen productie, data en kwaliteit belangrijke stappen te zetten.

Expertisecentra
Naast de expertisecentra die wij al hebben (het Expertisecentrum voor Marfan syndroom en aanverwante erfelijke aortaproblemen én het Expertisecentrum voor Aangeboren Hartafwijkingen, CAHAL) is in 2022 ook het Leiden UMC Expert Center for Rare Cardiomyopathies door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) erkend als expertisecentrum zeldzame aandoeningen (ECZA). Binnen dit centrum behandelen onze specialisten patiënten met complexe ritmestoornissen of hartfalen als gevolg van een zeldzame cardiomyopathie. We behoren tot de Europese top voor behandeling van complexe ritmestoornissen en het uitvoeren van complexe cardiovasculaire interventies.

CAHAL
Voor het CAHAL was 2022 echter opnieuw een ingewikkeld jaar vol onrust. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) verrichtte het meest diepgravende en gedegen onderzoek dat ooit op dit terrein gedaan is naar de impact van concentratie op de zorg voor patiënten met aangeboren hartafwijkingen. De conclusies en aanbevelingen van de NZa waren heel verstandig en duidelijk, maar helaas moesten we daarna afwachten tot de minister begin 2023 zijn besluit zou nemen.

Onderzoek
Op het gebied van onderzoek gebeurde er tevens veel. Dr. Daniël Pijnappels werd op 1 maart 2022 zeer verdiend benoemd tot hoogleraar Cellulaire Elektrofysiologie in het LUMC. Hij zal zich de komende jaren verder focussen op interdisciplinaire- en translationele cardiologie. Ook leverden onze afdelingen weer bijdragen op vele nationale en internationale (wetenschappelijke) bijeenkomsten. Dit geeft een boost aan de wetenschap en exposure van onze afdelingen. De wetenschappelijke output van onze afdelingen bleek wederom van zeer hoge kwaliteit, zowel op nationaal vlak als ook op het vlak van internationale samenwerkingsverbanden.

Onderwijs
We behaalden ook dit jaar weer mooie scores met betrekking tot de medische opleidingen tot specialist van onze afdelingen en tevens werd de opleiding Heelkunde, waaronder de Vaatchirurgie valt, succesvol gevisiteerd.

Dank aan onze medewerkers
Het past niet om af te sluiten zonder stil te staan bij onze medewerkers. Iedereen is een belangrijke en essentiële schakel in het succes van onze afdelingen, ongeacht functie. Er wordt hard gewerkt en er is bereidheid om soms net dat extraatje te doen om verschil te maken, iets dat met de huidige beperkte middelen in de gezondheidszorg ook echt nodig is. Gezamenlijk komen we tot prachtige resultaten. Ook de samenwerking met onze ketenpartners binnen het ziekenhuis en in de regio koesteren we. We trekken iedere dag samen op om weer het beste uit elkaar te halen en iets fantastisch neer te zetten!

Kortom, een zwaar maar gelukkig ook succesvol jaar met vele hoogtepunten die we mogen koesteren en vieren. Dat trekken we door naar 2023!

Leiden, Juni 2023



Afdelingshoofden 

Wouter Jukema, Robert Klautz en Abbey Schepers

 

 

02 
Onze afdelingen

 

De afdelingen Cardiothoracale Chirurgie, Hartziekten en Vaatchirurgie bieden topklinische en innovatieve zorg aan patiënten met aangeboren of verworven hart- vaat- en longziekten door technologie met excellente vaardigheden en kennis te combineren, gedreven door wetenschap, onderwijs en training.

Grensverleggend beter worden

In het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) streven we naar de verbetering van de gezondheidszorg en de gezondheid van mensen.

De gezondheid van de wereldbevolking is één van de grootste uitdagingen van onze tijd. Het LUMC gelooft dat deze uitdaging vraagt om een duidelijke visie en missie. Bij ons zitten onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg allemaal onder één dak.

Studenten worden voorbereid op een leven lang innoveren en leren. Onderzoekers laten zich inspireren en toetsen hun bevindingen direct in de praktijk. Patiënten kunnen erop vertrouwen dat zij volgens de meest actuele stand van de wetenschap geholpen worden. Het LUMC gelooft hierbij in genezen maar ook in voorkomen. Grensverleggend beter worden noemen we dat.

In aansluiting op deze strategie streven onze afdelingen naar topbehandeling van patiënten, baanbrekend wetenschappelijk onderzoek en hoogstaand onderwijs voor nu en in de toekomst.

 

Ons doel

De afdelingen Cardiothoracale Chirurgie, Hartziekten en Vaatchirurgie streven naar: 

 

Het bieden van optimale zorg aan onze huidige en toekomstige patiënten

  • In een veilige en professionele omgeving;
  • Met goed getraind medisch personeel;
  • Voorzien van de meest geavanceerde apparatuur voor diagnose, behandeling en prognose van hart-, vaat- en longziekten.

Het verbeteren van de aanpak van hart-, vaat- en longziekten

  • Door de ontwikkeling van nieuwe technieken;
  • Door een beter begrip te krijgen middels wetenschappelijk onderzoek;
  • En door de opleidingen van medisch en wetenschappelijk personeel continu te toetsen en te verbeteren. 

Deze doelen worden nagestreefd door een toegewijd team van – onder andere – cardiologen, cardiothoracale chirurgen, wetenschappers, verpleegkundigen, operatieassistenten, physician assistants, verpleegkundig specialisten, analisten, technici, secretaresses, en IT specialisten.

Dr. Abbey Schepers benoemd tot afdelingshoofd Vaatchirurgie

Dr. A. (Abbey) Schepers is vanaf juli 2022 benoemd tot subafdelingshoofd van de vaatchirurgie en neemt hiermee de functie over van  prof. dr. J.F. (Jaap) Hamming.

Schepers is sinds 2012 werkzaam als vaatchirurg in het LUMC met als aandachtsgebieden glomustumoren en algemene vaatchirurgie. Tevens is zij werkzaam als endocrien hoofd hals chirurg.

Naast haar klinische werkzaamheden is Schepers overkoepelend opleider Heelkunde, voorzitter van de centrale opleidingscommissie in het LUMC en lid van het Moderamen van het Concilium Chirurgicum van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde.

In de komende jaren zal Schepers zich als afdelingshoofd inzetten voor het uitbouwen van de regionale samenwerking voor wat betreft de vaatchirurgie in het algemeen en de aortachirurgie in het bijzonder. Daarnaast zal zij, samen met Carla van Rijswijk en Marc Burgmans, toewerken naar een verdere klinische vervlechting van alle (perifeer) vasculair interventionalisten om zo tot een multidisciplinair vaatbehandelteam te komen.

Afdeling Cardiothoracale Chirurgie

Afdelingshoofd / opleider
Prof. dr. R.J.M. (Robert) Klautz

Waarnemend afdelingshoofd
Prof. dr. J. (Jerry) Braun

Plaatsvervangend opleider
Dr. M. (Meindert) Palmen

Hoofd kinderhartchirurgie
Prof. dr. M.G. (Mark) Hazekamp

Hoofd longchirurgie
Prof. dr. J. (Jerry) Braun

Hoofd kliniek
Drs. A. (Arend) de Weger

Verpleegkundig manager
E.M. (Els) Nagtegaal

Cardiothoracaal chirurgen
Prof. dr. R.J.M. (Robert) Klautz
Drs. A. (Arend) de Weger
Prof. dr. J. (Jerry) Braun
Dr. M. (Meindert) Palmen
Drs. D. (Dario) Candura
Dr. M. (Merlijn) Hutteman, longchirurg
Dr. J. (Jesper) Hjortnaes
Drs. G.M.M. (Ghada) Shahin
Dr. S. (Sailay) Siddiqi
Dr. R.J. (Roemer) Vos

Kinderhartchirurgen
Prof. dr. M.G. (Mark) Hazekamp
Dr. D.R. (Dave) Koolbergen
Dr. T. (Timofey) Nevvazhay, arts
Dr. L. (Léon) Putman, fellow

Stafadviseur
M.A. (Rianne) Kalkman

Onderzoekscoördinator
Drs. E.F. (Eline) Bruggemans

Kwaliteitsadviseur
R. (Rick) Versteegh, MSc

Informatieanalist
Ir. L.C. (Loes)van Ginkel

AIOS
Dr. B. (Bardia) Arabkhani
Drs. F.M. (Friso) Rijnberg
Dr. A.W. (Adriaan) Schneider
Dr. A. (Anton) Tomšič

ANIOS
Drs. R.K. (Rohit) Kharbanda
Drs. O. (Olga) Papazisi
Drs. V. (Valeria) Lo Coco

Physician Assistants
B.L.K. (Linda) Hoek, planner
A. (Anna) Metselaar, casemanager longchirurgie
T.C. (Teus) Visser
M. (Maarten) Vrijburcht
L.J.M. (Lisanne) van Huizen
D. (Dorien) van der Sluis
J.L. (Jos) Verhoef

Verpleegkundig specialist
E. (Ellen) Poorter

Perfusionisten
Ing. E. (Eelco) van Es
Ing. A. (Arjen) van der Baan
L. (Lindy) Liebenberg, MSc
Drs. H. (Hiddo) Rombout
F.G.J. (Fred) Tyl, BSc
E. (Elise) Wendel, MSc (hoofd)
J.D.V. (Juan) Hugo, BSc (waarnemend hoofd)
S.C.M. (Sophie) van Veen
L. (Linde) Linthorst
R.C. (Renate) van Driel
E.E. (Nora) Lambert i.o.

Promovendi
F.M.A. (Fabiënne) van Hout, MD
F.M. (Friso) Rijnberg, MD
M.E. (Marieke) van Vessem, MD
N. (Niels) Harlaar, MD
M.D. (Michiel) Vriesendorp, MD
O. (Olga) Papazisi, MD
B.J.J. (Bart) Velders, MD

Buitenpromovendi
P. (Patrick) Klein. MD
Z. (Zaki) Haidari, MD

Onderzoeker
Dr. D. (Daniele) Spinozzi

Laborant
D.M.J. (Daan) Vlemmings, MSc

Stafsecretariaat
Drs. G.H. (Gabriëlle) Veltema (hoofd)
M.J. (Mary) Moenen – van Berge-Henegouwen
E.B.M. (Evelien) van Westerop (kinderhartcentrum)

Planningssecretariaat
H.C.M. (Bea) Brugman – Nagtegaal
D.J. (Daisy) Colpa
S. (Stephanie) Kralt
J.P. (Jessica) Volwater
M.S. (Melissa) Wallaart

Afdeling Hartziekten

Afdelingshoofd 
Prof. dr. J.W. (Wouter)Jukema

Vervangend afdelingshoofd
Dr. S.L.M.A. (Saskia) Beeres

Manager
L.H.W. (Lieke) Ruigrok MSc

Opleider
Dr. S.A.I.P. Trines

Vervangend opleider
Prof. dr. J.W. (Wouter) Jukema

Hoofd polikliniek
Dr. A.J.H.A. (Arthur) Scholte

Hoofd kliniek
Dr. S.L.M.A. (Saskia) Beeres

Verpleegkundig manager
E.M. (Els) Nagtegaal

Hoofd Eerste Hart Hulp
Dr. J.M.J. (Mark) Boogers

Hoofd Simulatie laboratorium
Dr. R.W.C. (Roderick) Scherptong

Imaging
Dr. N. (Nina) Ajmone Marsan
Prof. dr. J.J. (Jeroen) Bax
Dr. J.M.J. (Mark) Boogers
Dr. P.R.M. (Paul) van Dijkman
Dr. E.R. (Eduard) Holman
Dr. A.A. (Arti) Ramkisoensing
Dr. M.V. (Madelien) Regeer
Dr. H.J. (Hans-Marc) Siebelink
Dr. A.J.H.A. (Arthur) Scholte

Hartfalen

Dr. M.L. (Louisa) Antoni
Dr. S.L.M.A. (Saskia) Beeres
Dr. M.C. (Melina) den Haan
Dr. K.A. (Kirsten) Kortekaas
Dr. L.F. (Laurens) Tops

Congenitale Hartziekten
Dr. A.D. (Anastasia) Egorova
Dr. M.R.M. (Monique) Jongbloed
Dr. P. (Philippine) Kiès
Dr. H.W. (Hubert) Vliegen

Interventiecardiologie
Prof. dr. D.E. (Douwe) Atsma
Prof. dr. J.W. (Wouter) Jukema
Prof. dr. M.J. (Martin Jan) Schalij
Dr. I. (Ibtihal) al Amri
Dr. F. (Fatih) Arslan
Dr. B.O. (Brian) Bingen
Drs. F. (Frank) van der Kley
Drs. J. (José) Montero Cabezas
Dr. R.W.C. (Roderick) Scherptong

Elektrofysiologie
Prof. dr. M.J. (Martin Jan) Schalij
Prof. dr. K. (Katja) Zeppenfeld
Dr. R. (Reza) Alizadeh Dehnavi
Dr. M. (Marianne) Bootsma
Dr. L. (Lieselot) van Erven
Dr. S.R.D. (Sebastiaan) Piers
Drs. M. (Marta) de Riva Silva
Dr. S.A.I.P. (Serge) Trines
Dr. A.P. (Hadrian) Wijnmaalen

Wetenschappelijke stafleden
Prof. dr. A.V. (Alexander) Panfilov
Prof. dr. D.A. (Daniël) Pijnappels
Prof. dr. R.E. (Rob) Poelmann
Prof. dr. P. (Paul) Steendijk
Dr. ir. S.M. (Sander) van der Meer
Dr. ir. E.T. (Enno) van der Velde
Dr. A.A.F. (Twan) de Vries

Medical coordinator ECG 
Dr. S. (Sum-Che) Man

Kwaliteitsadviseur
R. (Rick) Versteegh, MSc

Communicatie- en onderwijsadviseur
S. (Shelly) Spijker

DBC-consulenten
J. (Wanda) van ’t Hof – de Zoete
E.E.A. (Eliane) van der Lans-Mommers

Protocollenbeheer
L.E. (Louise) Verdoes

AIOS
Dr. R. (Rachid) Abou
A.F.A. (Alexander) Androulakis
Dr. S.F.A. (Saïd) Askar
Dr. M.C. (Mathijs) Bodde
Dr. L. (Lotte) Couperus
Drs. S.N. (Sanjay) Gobardhan
Dr. M.A. (Michiel) de Graaf
Dr. A.C. (Aafke) van der Heijden
Drs. M. J.H. (Mand) Khidir
Drs. S.M. (Stephany) Krips
Drs. J.M. (Jeff) Smit
Drs. J. (Jeroen) Venlet
Dr. E.M. (Mara) Vollema
Dr. S. (Suzanne) van Wijngaarden
Dr. D. (Dilek) Yilmaz

ANIOS
L. (Linda) Becude
M. (Margriet) Bogerd
K.G. (Gordon) Chu
J.E. (Lisa) Emmens
P.R.R. (Pim) van Gorp, MD, MSc
E.F.F. (Emile) Jonker
M. (Mustafa) Kaynak
M. (Marieke) Nederend
C.K. (Chung) Ng
C.J. (Chantal) Nieuwenhuizen
S. (Sharif) Omara
S. (Silja) Seinen
A. (Ashley) Verburg
H.W. (Yoska) Wu

Acute fellow cardiologie
F. (Floris) van den Brink
A.L. (Bram) van Duijn

Verpleegkundig specialisten
D. (Dounia) den Hartog-Laaroussi
N. (Nicolette) van Hof
M. (Maaike) van Keulen
L.N. (Nicole) van Keulen, MANP
E.I.H. (Liza) Lima Setyawan, MSc
A.A.J. (Aafke) Lommerse, MSc
R. (Renske) van der Plas, MSc
L.A.M. (Loes) van Winden, MSc
T.R. (Tessa) Witteman

Verpleegkundig specialisten in opleiding
J.C. (Anne) Meijers
C. (Corine) Prins

LVAD coördinator 
J.A. (Jessica) Maas

Psychologen
Dr. V.R. (Veronica) Janssen
Drs. A.C. (Annika) Schubert
Drs. R. (Rita) Verhoeff-Jahja

Onderzoeksverpleegkundigen
E. (Ellen) van der Willik
A.J.W. (Sandra) Bijl
H. (Hester) Vis-Steenstra

Promovendi
(Saif) Abdel-Kafi, MSc
H.S. (Sophia) Chen, MSc 
S. (Suren) Chimed, MD
F.Y. (Finn) van Driest MSc
M. (Michelle) Feijen, MSc 
D.L. (Daan) de Frel, MSc
Y. (Yang) Ge, MSc
X. (Xavier) Galloo, MSc
R.A. (Roos) Groen, Bsc
J.C. (Julius) Heemelaar, MSc
N. (Niels) Harlaar, MSc
K. (Kensuke) Hirasawa, MSc 
I. (Inge) van den Hoogen, MSc
M.J.P. (Max) van Hout, MSc
J.A. (José) Inia, MSc
E. (Eva) Janssen, MSc
D. (Dorien) Laenens, MD
M.C. (Maria) Meucci, MD
T. (Take) Nabeta, MD
M. (Marieke) Nederend, MSc
R.M.L. (Ralph) Neijenhuis, MD
S. (Sharif) Omara, MD
E.S. (Elissa) Polomski, MD
R. (Robert) Rademaker, MSc
S. (Sophie) van Rosendael, MSc
D.B.H. (Diederick) Verheijen, MSc
J. (Justin) Wallet, MD
X. (Xu) Wang, MSc
I. (Idit) Yedidya, MD

Stafsecretariaat
T.A.K. (Talitha) Karijodimedjo (hoofd)
K.J. (Kariene) van den Burg
L. (Leonie) Dool-Boekelo
M.C. (Marloes) van Saase

Planningssecretariaat
H.C.M. (Bea) Brugman-Nagtegaal
D.J. (Daisy) Colpa
M.S. (Melissa) Wallaart
J.P. (Jessica) Volwater
S. (Stephanie) Kralt

Hoofd laboratorium Hartziekten
Prof. dr. D.A. (Daniël) Pijnappels

Vervangend hoofd
Dr. A.A.F. (Twan) de Vries, PhD

Adviseurs
D.L. (Dirk) Ypey, PhD
PhDA.V. (Alexander) Panfilov, PhD

Researchanalisten
L. (Lotte) Abbas
W.H. (Minka) Bax, BSc
S. (Sven) Dekker, MSc
C.I. (Cindy) Schutte-Bart, BSc
J. (Juan) Zhang, PhD

Post-doc
S.F.A. (Saïd) Askar, MD, PhD
N. (Natalija) Bogunovic, PhD
T. (Tim) de Coster, PhD
B. (Balazs) Ördög, PhD
V. (Vincent) Portero, PhD
A. (Arti) Ramkisoensing, MD, PhD

Promovendi
S. (Shanliang) Deng, MSc
P.R.R. (Pim) van Gorp, MD, MSc
N. (Niels) Harlaar, MSc
D. (Desmond) Kabus, MSc
J. (Jinqi) Liao, MSc
A. (Arman) Nobacht, MD
B. (Bram) den Ouden, MSc
H. (Huiling) Zhou, MD

Research students
G. (Gaby) Liao
S. (Sissi) Zhang

Afdeling Vaatchirurgie

Afdelingshoofd
Prof. dr. J.F. (Jaap) Hamming
(Per 1 mei 2022 Dr. A. (Abbey) Schepers)

Opleider Heelkunde
Dr. A. (Abbey) Schepers

Vaatchirurgen
Prof. dr. J.F. (Jaap) Hamming
Dr. A. (Abbey) Schepers
Drs. J. (Jan) van Schaik
Dr. J. (Joost) van der Vorst

Vaatchirurgen HMC in Universitair Vaat Centrum verband
Dr. D. (Daniel) Eefting
W.J.J. (Willem Jan) de Jong
Dr. H.J. (Harm) Smeets
Dr. T.J. (Tim) van der Steenhoven
Dr. K.E.A. (Koen) van der Bogt
Dr. J.C. (Jantien) Specken

Verpleegkundig specialist
Louk van Doorn

Vaatlaborant
Rob van Wissen

Research team

Hoofd
Prof. dr. P.H.A. (Paul) Quax

Staf
Dr. M.R. (Margreet) de Vries
Dr. A.Y. (Yaël) Nossent
Dr. J.H. (Jan) Lindeman

Research analisten
H.A.B. (Erna) Peters, BSc

Promovendi
H. (Hoda) Alimohammed
B.L.S. (Boudewijn) Borger van der Burg
J.J.W.M. (Jeroen ) Brouwers
L.E. (Laura) Bruijn
R.M.A. (Ruth) Bulder
L.L.M. (Laura) van der Heijden
P. (Pim) van den Hoven
E. (Eva) van Ingen
A. (Alwin) de Jong
E.G. (Noor) Karthaus
P. (Peter) Kip
A.H.M. (Judith) Peeters
P. (Paola) Perrotta
N. (Niek) Pluijmert
V.Q. Sier
T.J. (Thijs) Sluiter
S.M. (Stefanie) Tomee
J.A.S. (Jaco) Tresfon
H. (Hugo) Veger
M.J. (Merel) Verhagen
F.S. (Floris) Weller
T. (Tamar) Woudenberg
L. (Licheng) Zhang

03 
Zorg

Onze afdelingen hebben teams met enthousiaste medewerkers die met veel toewijding samenwerken met als doel goede, efficiënte en veilige zorg te bieden en de zorg voor patiënten met hart-, vaat- en longaandoeningen te optimaliseren.
Onze onderzoekers zijn dagelijks betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe methoden voor diagnostiek en behandeling van hart-, vaat- en longziekten. Uitvoering en vernieuwing van bestaande richtlijnen als ook het verkrijgen van nieuwe inzichten hebben wij tot doel.

Samenwerkingen

In 2022 zijn diverse interne- en externe samenwerkingen opgestart en/of geïntensiveerd. 

Aortic Center LUMC

In het LUMC worden wekelijks patiënten behandeld met een probleem aan de aorta. Al jaren werken de specialisten in hart- en vaatheelkunde van het LUMC samen op het gebied van onderzoek en behandeling van patiënten met een probleem aan de aorta. Sinds kort heeft deze samenwerking geresulteerd in het tot stand komen van het Aortic Center LUMC.

De aorta
De aorta is de grote levensslagader van het lichaam die het zuurstofrijke bloed vanuit het hart naar alle organen verspreidt. Omdat de aorta in het lichaam door zowel het borstgedeelte (thoracale aorta) als het buikgedeelte (abdominale aorta) loopt, is bij een probleem aan de aorta vaak een gezamenlijke kijk nodig van verschillende specialisten.

Bundelen van krachten
Met de huidige samenwerking binnen het Aortic Center bieden wij de continue mogelijkheid om patiënten, huisartsen en specialisten te voorzien van gespecialiseerd advies, evaluatie, diagnostiek en hoogkwalitatieve behandeling gebaseerd op de meest actuele en wetenschappelijk onderbouwde visie. Patiënten die door meerdere specialisten behandeld worden voor hun aorta, worden gezamenlijk pré- en postoperatief op één spreekuur gezien. Dit wordt gecoördineerd door een verpleegkundig specialist gespecialiseerd in aortaziekten. Naast het bestaande multidisciplinaire patiëntenoverleg bundelen we nu ook onze krachten op beleidsniveau waardoor we nu nog meer met elkaar samenwerken en van elkaar leren. Er is een nauwe samenwerking op onderzoeksniveau met de afdeling Radiologie en de afdeling Anatomie en Fysiologie. Ook bieden wij nascholing voor verwijzers en huisartsen en worden er jaarlijkse patiëntendagen georganiseerd.
Het Aortic Center wil uitgroeien tot een centrum dat binnen Nederland en Europa een vooraanstaande rol vervult op het vlak van de aortapathologie.

Het team
Het team bestaat uit anesthesisten, cardiologen, hartchirurgen, intensivisten, interventie radiologen, klinisch genetici, thorax radiologen en vasculair geneeskundigen. Ook onderzoekers, een verpleegkundig specialist en een physician assistent maken deel uit van het team.

Op LinkedIn heeft het Aortic Center LUMC een eigen platform waarop de ontwikkelingen van het centrum gevolgd kunnen worden.  

 

Centrum Aangeboren Hartafwijkingen Amsterdam-Leiden (CAHAL)

In 2022 stond de concentratie van interventies bij aangeboren hartafwijkingen bij kinderen en volwassenen in Nederland volop in de spotlights. Nadat demissionair minister De Jonge in december 2021 liet weten dat hij voornemens is om ons kinderhartcentrum CAHAL te sluiten, ontstond grote onrust onder patiënten en hun ouders, medewerkers binnen en buiten CAHAL, onderzoekers en opleiders.

De discussie over het concentreren van deze zorg speelt al een aantal jaren. Echter, de wijze waarop het besluit genomen is in de laatste dagen van een demissionair kabinet, het gebrek aan inzicht in het toekenningsproces en de weging en onderbouwing waarop het besluit is genomen en de gevolgen van het besluit voor deze specifieke patiëntenzorg, onderzoek en opleiding, heeft velen verwonderd. Zo ook de Tweede Kamer: zij heeft op 17 februari 2022 in een plenair debat aan minister Kuipers gevraagd om een gedegen en onafhankelijk onderzoek naar de toekomst van de zorg voor kinderen met een aangeboren hartafwijking. Zonder vooringenomenheid. Met mogelijk ook een ander besluit voor CAHAL. De minister heeft dit toegezegd en heeft de NZa verzocht om een zogeheten impactanalyse te doen. Deze impactanalyse moet een oordeel mogelijk maken over de keuze voor twee of drie locaties en de gevolgen van deze keuze voor patiënten, zorgverleners en ziekenhuizen. Deze analyse moest uiterlijk 30 september 2022 afgerond zijn. Vele CAHAL medewerkers hebben flink bijgedragen aan dit onderzoek dat met recht het meest diepgravende en gedegen onderzoek is geweest dat op dit terrein ooit gedaan is. De conclusies en aanbevelingen die de NZa gedaan heeft waren voor het CAHAL en de gehele wereld van de aangeboren hartafwijkingen heel verstandig en duidelijk: Ga nu niet concentreren en clusteren en neem geen onomkeerbare beslissingen wat betreft het sluiten van centra. Begin 2023 zal de minister een besluit nemen. De komende tijd blijft de patiëntenzorg ongewijzigd op het hoge niveau dat patiënten en hun naasten van ons gewend zijn.

 

Coalitie leefstijl in de zorg

Ruim de helft van de volwassen Nederlanders, 9,9 miljoen mensen, heeft één of meerdere chronische ziekten die veelal leefstijl gerelateerd zijn. Door aanpassingen in leefstijl kan de gezondheid en kwaliteit van leven van deze groep Nederlanders verbeterd worden. Om dit doel te bewerkstelligen is de Coalitie Leefstijl in de Zorg opgericht.

Coalitie Leefstijl in de Zorg
Deze coalitie, bestaande uit de partijen TNO (in samenwerking met LUMC), Vereniging Arts en Leefstijl, Ministerie van VWS, Patiëntenfederatie Nederland, ZonMw en de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra, slaat de handen ineen om leefstijl te implementeren in de gezondheidszorg. Dit doen zij door het doen van onderzoek, inventariseren van kansen en knelpunten op het gebied van praktijkimplementatie, financiering, richtlijnen, onderwijs en het ontwikkelen van (patiënten)voorlichting. In 2025 moet leefstijl geïmplementeerd zijn in de reguliere zorg, zodat leefstijlinterventies effectief ingezet kunnen worden ter voorkoming en behandeling van gezondheidsklachten, aandoeningen en ziekten.

LeefstijlCheck, een gestandaardiseerde anamnese op komst!
Een mooie praktische uitwerking om leefstijl in de gezondheidszorg te implementeren is de LeefstijlCheck, een nieuw instrument dat momenteel ontwikkeld wordt door Arts en Leefstijl. Het is een instrument dat zorgverleners helpt het Leefstijlgesprek met de patiënt te voeren, maar ook om de patiënt te betrekken en medeverantwoordelijk te maken voor de eigen gezondheid. Met deze gestandaardiseerde anamnese kunnen zorgverleners op systematische en efficiënte wijze gegevens verzamelen die inzicht geven in de situatie van hun patiënt of cliënt. Op basis van deze inventarisatie kan een gericht leefstijlverbeterplan voor de patiënt worden gemaakt.

Leefstijl in de dagelijkse praktijk
Ook voor onze afdeling Hartziekten geldt, dat bij de meerderheid van de patiënten die de cardioloog momenteel ziet, een ongezonde leefstijl bijdraagt aan het ziekteproces. Om dit te veranderen moet leefstijlgeneeskunde een sleutelrol krijgen binnen de cardiologie. Artsen hebben een uiterst belangrijke rol in het motiveren van hun patiënten. De LeefstijlCheck kan hier een belangrijke rol in spelen. Het wordt een korte vragenlijst met leefstijlvragen die patiënten voorafgaand aan het gesprek met de zorgverlener kunnen invullen. De zorgverlener krijgt daarmee direct al een indruk en bruikbare handvatten voor het Leefstijlgesprek. Met de LeefstijlCheck krijgt het leefstijlgesprek nog meer waarde. Momenteel wordt de LeefstijlCheck verder ontwikkeld en uitvoerig getoetst. De verwachting is dat het na lancering in 2023 ook op de afdeling Hartziekten van het LUMC geïmplementeerd zal worden.

 

TU Delft

De faculteit Industrial Design Engineering van de TU Delft gelooft dat technologie ontworpen moet worden om ons leven te verbeteren. Wereldwijd worden we met chronische ziekten geconfronteerd die veelal leefstijl gerelateerd zijn, waaronder hart- en vaatziekten. De toepassing van technologie kan een rol spelen in het verbeteren van onze gezondheid. Om door middel van technologie verandering aan te brengen in de dagelijkse praktijk in de gezondheidszorg zijn de TU Delft en het LUMC een samenwerking aangegaan. Prof. dr. D.E. (Douwe) Atsma, hoogleraar Cardiologie en interventiecardioloog in het LUMC, is vanuit deze samenwerking sinds november 2022 aangesteld als hoogleraar E-health aan de faculteit Industrial Design Engineering van de TU Delft.

In samenwerking met prof. dr. ir. Maaike Kleinsmann, hoogleraar Design for Digital Transformation aan de TU Delft, en een aantal gedeelde promovendi (PhD’s) wordt gewerkt aan verschillende innovatieve onderzoeken en projecten om verandering in de dagelijkse praktijk in de gezondheidszorg te implementeren. Een mooi voorbeeld van een project dat momenteel vanuit deze samenwerking ontwikkeld wordt, is de Family Box. Patiënten die een hartinfarct hebben doorgemaakt, krijgen al een Box met thuismeetapparatuur mee om te werken aan een gezonde(re) leefstijl. Met de Family Box wordt niet alleen gefocust op het bereiken van een gezonde leefstijl van de patiënt, maar van het hele gezin en/of de familie. Het is effectiever als met elkaar aan gezonde leefstijl gewerkt wordt, dan wanneer alleen de patiënt zich hierop focust. Technologische ontwikkelingen zoals thuismeetapparatuur en apps gericht op bewegen en gezonde voeding, moeten familieleden kunnen helpen om met elkaar gezonder te leven.

 

Universitair Vaatcentrum

Het Universitair Vaat Centrum (UVC), het samenwerkingsverband tussen de vaatchirurgen van het Haaglanden Medisch Centrum (HMC), Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) en Reinier de Graaf Gasthuis heeft vanwege recente ontwikkelingen (centralisering, netwerkvorming, IZA) als doel om het regionale samenwerkingsverband in de komende jaren verder uit de breiden naar andere ziekenhuizen uit de regio. 

Door de snelheid van nieuwe behandelmogelijkheden in endovasculaire procedures is de samenwerking met de afdeling Interventie Radiologie versterkt. Gedreven door de uitstekende klinische uitkomsten van het complexe aorta programma is het de bedoeling om de komende jaren de samenwerking verder uit te breiden op het gebied van vaatlijden in de benen en andere vormen van vaatlijden van de grote bloedvaten (macrovasculair). Er wordt gestreefd om in de toekomst als een goed herkenbare groep vasculair interventionalisten te gaan werken, waarin er nauw wordt samengewerkt met vasculair internisten en nefrologen.

Aortic Center LUMC

Centrum Aangeboren Hartafwijkingen Amsterdam-Leiden (CAHAL)

Coalitie leefstijl in de zorg

TU Delft

Universitair Vaatcentrum

Innovaties & digitalisering

In 2022 zijn diverse mooie projecten opgestart en/of verder uitgewerkt op het gebied van innovatie en digitalisering.

Beeldvormende technieken

Onderzoek van vaatchirurgische onderzoeksgroep naar het automatiseren en digitaliseren van resultaten verkregen via beeldvormende technieken.

Nabij infrarood fluorescentie technologieën
In het onderzoek naar hart- en vaatziekten speelt beeldvorming een belangrijke rol, zowel in preklinisch als in klinisch onderzoek. Binnen de vaatchirurgische onderzoeksgroep worden de toepassingsmogelijkheden van nieuwe technieken die gebruik maken van infrarood licht voor het in beeld brengen van de doorbloeding bij patiënten met vaatlijden in de benen onderzocht. Onder leiding van dr. Joost van der Vorst wordt onder andere gekeken hoe de resultaten van deze beeldvormende technieken geautomatiseerd en beter gedigitaliseerd kunnen worden.

Foto-akoestische spectraal analyse
Op preklinisch gebied wordt met name met behulp van de modernste ultrasound en foto-akoestische technieken gekeken hoe de samenstelling van een aderverkalking buiten het lichaam kan worden bepaald. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van foto-akoestische spectraal analyse in het nabije infrarood gebied. Dit is een methode waarbij een combinatie van lasertechnologie en ultrasound analyse wordt gebuikt. Op dit moment wordt in het project Non-Invasive Photoacoustic Analysis of Cardiovascular disease (NIPAC) onderzocht hoe deze gegevens geautomatiseerd verwerkt kan worden zodat deze techniek breed toegankelijk gemaakt kan worden.

 

Cardiothoracaal chirurgie zorgpad ‘A Patient’s Journey’

Uniek CTC zorgpad voor sneller en beter herstel.

Om continue te blijven streven naar verbetering van de patiëntenzorg voor onze volwassen cardiothoracale chirurgie (CTC) patiënten, is besloten om een nieuw, innovatief en breed gedragen zorgpad op te stellen. Dit nieuwe cardiothoracaal chirurgie zorgpad, genaamd ‘A Patient’s Journey’, is volledig opgebouwd rondom de patiënt die een operatie aan het hart en/of grote vaten krijgt. Uniek is dat alle fasen rondom de operatie in dit zorgpad worden meegenomen, van voor de operatie tot na de operatie, in tegenstelling tot het oude zorgpad, dat alleen de fase na operatie betrof. We veronderstellen namelijk dat patiënten die met een betere conditie de operatie ingaan, ook beter en sneller herstellen na de operatie. Recent zijn we met dit zorgpad gestart, waardoor de eerste patiënten al zorg op deze manier hebben ontvangen.

Het nieuwe CTC zorgpad heeft als belangrijkste doel om de kwaliteit van de patiëntenzorg voor de volwassen CTC-patiënten te verbeteren. Zo wordt er niet alleen naar de medische aspecten gekeken, maar ook naar de wensen en verwachtingen van de patiënt. Daarnaast zorgt het zorgpad voor een verbetering in kosten-efficiëntie (kortere ligduur, vermindering in heropnames en complicaties) en in de samenwerking met andere disciplines en verwijzers.

Pre-operatieve fase
De verbeterslag in de fase voor operatie wordt met name gemaakt door een nieuw prehabilitatie-programma. Met een op maat gemaakt fitnessprogramma en coaching wordt geprobeerd patiënten voor operatie fit te krijgen en daarmee ook de ligduur, complicaties en uiteindelijke levenskwaliteit te verbeteren, en morbiditeit te verlagen. De gezondheid van patiënten wordt thuis gemeten met apparaten uit The Box. Ook wordt er gescreend op psychosociale aspecten. Bij patiënten met een verhoogd risico op psychosociale problemen wordt in samenspraak een plan van aanpak opgesteld.

Post-operatieve fase
De fase na operatie heeft specifieke aandacht voor revalidatie, fysiotherapie en e-healthmonitoring. De patiënt wordt na operatie voor een periode van 12 maanden gemonitord met behulp van de OK Box (in tegenstelling tot de standaard 3 maanden in het oude zorgpad). Dit geeft de behandelaar en patiënt inzicht in het bewegingspatroon van de patiënt. En dat zorgt voor gerichte coaching en voor een vroege signalering van onderliggende problemen.

Ook start de hartrevalidatie bij Basalt al binnen 2 à 4 weken na ontslag uit het ziekenhuis, waar dit eerst 6 weken was. Iedere patiënt krijgt een individueel hartrevalidatieprogramma aangeboden om zo snel mogelijk terug te komen op het functioneringsniveau zoals voor de operatie. Of zelfs op een beter niveau terug te komen.

Verdere uitrol
Momenteel wordt de informatievoorziening voor de patiënt verbeterd door een speciale website, een patiëntendashboard en een informatieve film. De uitleg van het zorgpad staat centraal in de gehele informatievoorziening. Op dit moment worden alleen nog de patiënten die in het LUMC bij een cardioloog onder controle zijn via dit zorgpad behandeld. Uiteindelijk zullen ook alle patiënten die vanuit de perifere ziekenhuizen naar het LUMC verwezen worden voor een operatie aan het hart en/of de grote vaten behandeld worden via dit nieuwe zorgpad. Daarnaast is het zorgpad zo opgesteld om ook in andere centra te gebruiken. Denk hierbij aan de afstemming met het Amsterdam UMC waarmee het LUMC een samenwerkingsverband heeft op dit gebied.

Het CTC-zorgpad is een samenwerking tussen de afdelingen Hartziekten, Thoraxchirurgie, Anesthesie, ICU, Ouderengeneeskunde, Fysiotherapie, Diëtiek en Basalt Revalidatie. De focus in het zorgpad wordt gelegd op preventie van een lang ziekteverloop en de wensen van de patiënt. Dit is een voorbeeld van hoe de kern van Population Health geïntegreerd wordt in een behandelwijze.

 

HARTc

Hollands-Midden Acute Regionale Triage-Cardiologie.

Achtergrond

Vrijwel dagelijks staat de opname (bedden) capaciteit onder druk gezien personeelstekorten en het stijgende aantal aangeboden patiënten die cardiale zorg behoeven. De verwachting is dat er een verdere opnamecapaciteitsprobleem gaat ontstaan door het verder groeiende aantal cardiale patiënten in zowel de 2de en de 3de lijn gezondheidszorg, de toenemende ligduur per patiënt ten gevolge van toenemende co-morbiditeit en vergrijzing van de patiënt populatie én door de toenemende verwijzingen vanuit de 1ste lijn gezondheidszorg. Dit heeft geleid tot het opstellen van afspraken betreffende de (prehospitale triage) acute cardiale zorg in de regio Hollands-Midden. Het triage plan HARTc (Hollands-Midden Acute Regionale Triage-Cardiologie (HARTc)) probeert hier een bijdrage aan te leveren.

Doel project HARTc

HARTc stelt als doel om de triage acute cardiale zorg van patiënten in de regio Hollands-Midden te verbeteren, resulterend in een verbetering van zowel extramurale als intramurale zorg door 1) meer zorg op maat en 2) een verhoging van het doelmatig gebruik van zorgmiddelen. Alle patienten met een primaire verdenking op een (acuut) cardiaal probleem (exclusief reanimatie, ECPR, shock en STEMI) vallen onder HARTc.

Methode

In het project HARTc speelt de triage cardioloog en de ambulance een centrale rol. De triage cardioloog is bevoegd om een richtgevend centraal triage advies te geven aan de ambulance professional op basis van 4 triage pijlers: actuele medische hulpvraag, opname capaciteit, geografie, voorgeschiedenis en wens patiënt. Het centraal triage advies wordt gegeven voor iedere cardiale patiënt met daarin vermeldt welk ziekenhuis (of de thuissituatie) de beste (en snelste) zorg op maat kan leveren. Deze triage pijlers zijn inzichtelijk in het triage scherm (meekijken met ambulance vanuit het ziekenhuis en opname capaciteit).

Resultaten

HARTc is sinds september 2019 gestart en heeft inmiddels meermaals een positief resultaat laten zien. We zagen in het eerste jaar (2019-2020) een verdubbeling in thuislaters en een lage MACE rate (<1%) in de groep thuislaters. In het tweede jaar van HARTc heeft er een nog forsere stijging plaatsgevonden in thuislaters tot ~25%. De interklinische ritten (ambulance rit van SEH / EHH naar SEH/EHH ander ziekenhuis) namen in het tweede jaar af van 11% naar 8%. Deze resultaten zijn ons inziens te verklaren door een verscherping in de prehospitale triage, maar anderzijds ook een lerend effect aan ambulance zijde, zodat ook buiten de HARTc tijden, er een positief effect wordt behaald.

Toekomst

We hebben een landelijke werkgroep prehospitale triage geïnitieerd met als doel om tot één landelijk prehospitale triage werkwijze te komen. Parallel hieraan is er een regionaal innovatie platform opgesteld om onze HARTc triage (ofwel e-triage) uit te rollen naar andere vakgebieden in onze eigen regio, zoals kindergeneeskunde en/of neurologie. Hierbij kan gedacht worden aan video triage met live beelden vanuit de ambulance. Ten derde, willen we een landelijk e-triage platform gaan opzetten om deze e-triage voor geheel Nederland en voor meerdere specialismen beschikbaar te krijgen.
Tot slot, we gaan dit jaar beginnen met een high-sensitive point-of-care (POC) troponine (vingerprik bij patiënt) op de ambulance, om hiermee de triage van pijn op de borst patienten te verbeteren.

 

Stevit Box

E-health project waarmee mensen met verhoogd risico op hart- en vaatziekten thuis werken aan hun gezondheid.

In de Leidse wijk Stevenshof is in 2018 het e-health project ‘Stevit’ van start gegaan, waarmee mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten vanuit huis kunnen werken aan hun gezondheid. De eerste voorlopige resultaten zijn veelbelovend. 

Stevit Box
De bewoners van de wijk Stevenshof hebben een relatief hoger risico op hart- en vaatziekten dan in andere Leidse wijken. Om daar verandering in te brengen is vanuit ‘Stevenshof Vitaal’ het deelproject ‘Stevit’ opgezet, een samenwerking tussen Huisartsenpraktijk Stevenshof, LUMC, Rijncoepel, Reos en Zorg en Zekerheid.
Patiënten met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten krijgen vanuit de huisartsenpraktijk de Stevit Box uitgereikt met daarin een weegschaal, bloeddrukmeter en stappenteller. Via een app worden meetgegevens met de huisartsenpraktijk gedeeld en in de gaten gehouden. Patiënten hebben frequent gesprekken met de praktijkondersteuner over de resultaten van de metingen.

Eerste resultaten veelbelovend
De meetgegevens van de patiënten van de Stevit Box worden vergeleken met een controlegroep. Wat blijkt? De eerste voorlopige resultaten zijn veelbelovend. Er zijn belangrijke dalingen van bloeddruk en gewicht waarneembaar. De meetgegevens lijken patiënten meer bewust te maken van wat veranderingen in leefstijl met hun gezondheid doen. Patiënten lijken zich meer verantwoordelijk te voelen voor hun gezondheid en nemen zelf meer de regie.

Subsidie
Het project ‘Stevit’ is uitgerold op basis van een Stimuleringsregeling E-Health Thuis (SET-subsidie). Als de resultaten positief blijven, dan is na afloop van de subsidie de verwachting dat deze zorg door Zorg en Zekerheid gecontracteerd zal worden, waarna het ook als zorg gedeclareerd zal kunnen worden.

Toepassing van de Box buiten ziekenhuis
De Stevit Box is een mooi voorbeeld van hoe de Box, ontstaan vanuit de afdeling Hartziekten van het LUMC, nu ook breder toegepast kan worden buiten het ziekenhuis. We zijn een van de eersten die deze mogelijkheid in Nederland aan patiënten in de huisartsenpraktijk aan kunnen bieden!

 

Vernieuwing in het Cardiovasculair Interventiecentrum (CVIC)

Vervanging röntgensystemen in hartkatheterisatiekamers.

Voorop lopen in cardiovasculaire zorg
Onze afdelingen hebben de ambitie om voorop te lopen op het gebied van cardiovasculaire zorg. Het Cardiovasculair Interventiecentrum (CVIC), bestaande uit vijf hartkatheterisatiekamers en vier operatiekamers speelt hierin een belangrijke rol.

Röntgensystemen
De belangrijkste apparatuur in de hartkatheterisatiekamers zijn de röntgensystemen. Dit zijn systemen die door middel van doorlichting met röntgenstraling het hart van de patiënt in beeld kunnen brengen. Bij elk type diagnostiek of interventie wordt gebruik gemaakt van deze systemen.

Vervanging
In 2020 opende het CVIC haar deuren. Bij de realisatie van het CVIC zijn er drie röntgensystemen van het oude kathkamercomplex in het ziekenhuis verhuisd naar het CVIC. Twee van deze systemen zijn inmiddels ruim 10 jaar oud en zijn aan vervanging toe. Het is belangrijk dat de röntgensystemen van hoge kwaliteit blijven, zodat er nauwkeurig en veilig gewerkt kan worden. Daarnaast bieden vernieuwde röntgensystemen ook de mogelijkheid om nieuwe technieken en behandelingen toe te passen, die bij oudere apparatuur niet mogelijk zijn.

Europese Aanbesteding
Daarom is in 2022 gestart met de voorbereiding voor een selectieproces voor de nieuwe röntgensystemen. Om ervoor te zorgen dat het LUMC de beste kwaliteit krijgt voor een goede prijs, zal er een Europese Aanbesteding gestart worden. Dit betekent dat het LUMC op zoek gaat naar de beste leverancier voor de nieuwe röntgensystemen. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar de prijs, maar ook naar de kwaliteit, duurzaamheid, service en samenwerkingsmogelijkheden van/met de leverancier. Het LUMC hoopt hiermee een leverancier te vinden die niet alleen de beste kwaliteit kan leveren, maar ook goed past bij de visie en waarden van het LUMC.

Oplevering in 2024
De vernieuwing binnen de hartkatheterisatiekamers zal naar verwachting in het eerste half jaar van 2024 worden opgeleverd. Hierdoor kan het LUMC de patiëntenzorg op het gebied van cardiovasculaire zorg verder optimaliseren en verbeteren. Het LUMC zal er alles aan doen om ervoor te zorgen dat de vernieuwing van de hartkatheterisatiekamers zo soepel mogelijk verloopt, zodat er zo min mogelijk hinder is voor de patiënten en medewerkers.

 

 

Beeldvormende technieken

Onderzoek van vaatchirurgische onderzoeksgroep naar het automatiseren en digitaliseren van resultaten verkregen via beeldvormende technieken

Cardiothoracaal chirurgie zorgpad ‘A Patient’s Journey’

Uniek CTC zorgpad voor sneller en beter herstel

 

HARTc

Hollands-Midden Acute Regionale Triage-Cardiologie

Stevit Box

E-health project waarmee mensen met verhoogd risico op hart- en vaatziekten thuis werken aan hun gezondheid

Vernieuwing in het Cardiovasculair Interventiecentrum (CVIC)

Vervanging röntgensystemen in hartkatheterisatiekamers

Kwaliteit

Onze afdelingen besteden veel aandacht aan het continu verbeteren van de kwaliteit op de afdelingen. Verschillende kwaliteitsindicatoren worden regelmatig bepaald en op gezette tijden gedeeld met externe partijen, zoals de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), de Nederlandse Hart Registratie (NHR), zorgverzekeraars en patiëntorganisaties. Hiermee maken wij de kwaliteit van onze zorg inzichtelijk voor zowel onszelf als externe partijen. Door het vergelijken van uitkomsten van voorgaande jaren bewaken wij voortdurend de kwaliteit en veiligheid van de zorg die wij leveren.

Qmentum/Qualicor

In 2022 heeft er in het LUMC een externe audit plaatsgevonden door Qmentum. Qmentum is het kwaliteitskeurmerk van het Nederlands Instituut voor Accreditatie van Ziekenhuizen. Het keurmerk geeft aan dat een ziekenhuis een betrouwbare, bekwame en veilige organisatie is. Externe auditoren hebben het Hart Vaat Long Centrum bezocht en zagen dat er goede en veilige zorg, met veel passie en plezier, werd geleverd. Aan het eind van de 5 dagen durende audit kreeg het LUMC het positieve nieuws te horen dat het ziekenhuis geaccrediteerd wordt en dus het keurmerk ontvangt.

 

Kwaliteitspaspoort

In het LUMC maken wij gebruik van het kwaliteitspaspoort. Dit paspoort is gekoppeld aan functie en afdeling en vermeld de vereiste certificaten die behaald dienen te worden. Met een up to date paspoort wordt aangetoond dat een medewerker bekwaam is en veilig met patiënten en collega’s kan werken. Wij vinden het erg belangrijk dat iedereen bekwaam is in zijn handelen. Er is daarom extra aandacht besteed aan het kwaliteitspaspoort waardoor iedere werknemer nu voor minimaal 80% de vereisten behaald heeft.


Advanced Life Support (ALS)

In samenwerking met het Skillslab van het LUMC is er vanuit onze afdelingen een eigen cursus ontwikkeld om artsen en verpleegkundigen te trainen bekwaam te worden in het handelen wanneer patiënten in een acute situatie belanden. In een gemengde groep van artsen, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten wordt er getraind middels simulatietrainingen en wordt na afloop feedback gegeven op het handelen tijdens een acute situatie. Om trainer te worden hebben twee artsen van onze afdelingen een externe cursus gevolgd. Nog eens twee verpleegkundigen hebben zich aangemeld om deze cursus ook te volgen, zodat ook zij trainer worden. Er zullen ongeveer 12 trainingen per jaar worden gegeven.

Externe auditoren hebben onze afdelingen bezocht en zagen dat er goede en veilige zorg, met veel passie en plezier, werd geleverd

Dashboards

Sinds 2021 verzamelen de afdelingen Cardiothoracale Chirugie, Hartziekten en Vaatchirurgie informatie omtrent complicaties bij patiënten in een dashboard. Hierin is te zien of bij elke patiënt een complicatieregistratie verricht is, maar ook welke complicaties er opgetreden zijn. Dit laatste is van belang voor het lerend vermogen van de afdeling. Met behulp van het dashboard kunnen complicatietrends gedetecteerd worden en kan er snel gehandeld worden wanneer zo’n trend zichtbaar is in de hoop dat de complicatie in de toekomst minder vaak optreedt.

Ook hebben onze afdelingen dashboards ontwikkeld om informatie te verkrijgen omtrent VSM thema’s, zoals de pijnscore, decubitusrisico en ondervoeding. Deze stuurinformatie speelt een rol om ervoor te zorgen dat de juiste zorg aan de patiënt kan worden gegeven.

Als laatste is er een dashboard ontwikkeld voor het bijhouden van het tijdig versturen van de ontslagbrieven wanneer patiënten met ontslag gaan. Bij klinische patiënten dient de ontslagbrief binnen 24 uur naar de verwijzers verstuurd te worden. In het dashboard kunnen wij bijhouden hoeveel procent van de brieven tijdig worden verstuurd en, mocht het nodig zijn, kunnen we tijdig bijsturen wanneer dit percentage afneemt.


Incidentmeldingen

Het behandelen van incidentmeldingen geeft ons inzicht in mogelijke processen die verbetering behoeven. Deze incidentmeldingen worden door medewerkers gemeld via het incidentmeldingssysteem (IMS) van het LUMC. De Decentrale Meldingscommissie (DMC), bestaande uit artsen, teamleiders, verpleegkundigen en kwaliteitsmedewerkers, komt iedere week samen en analyseert en categoriseert de incidentmeldingen.

Ernstige meldingen worden direct opgepakt waarbij gekeken wordt welke verbetermaatregelen genomen moeten worden om dergelijke incidenten te voorkomen. Dit wordt via het IMS teruggekoppeld naar de melder, zodat deze weet wat de voortgang van de melding is. Meldingen van minder ernstige incidenten worden gecategoriseerd en gearchiveerd en na verloop van tijd wordt gekeken of er een trend zichtbaar is. Wanneer dit het geval is, wordt een verbeterplan opgesteld dat moet zorgen voor reductie van dergelijke incidenten.

Afgelopen jaar zijn verschillende protocollen gereviseerd, zoals het deflatieschema bij een TR band en het hartchirurgisch keten protocol aangaande tijdelijke pacemakers. Hieronder vindt u een overzicht van de aard van de incidenten gemeld in 2022.

Incidentmeldingen 2022

Patiënttevredenheid

Om de mening van patiënten over onze zorg in kaart te brengen, maken onze afdelingen gebruik van een patiënttevredenheidsonderzoek. Aan patiënten die opgenomen zijn geweest op een van onze verpleegafdelingen, wordt gevraagd een enquête in te vullen. Ook is er ruimte voor opmerkingen. Deze opmerkingen worden maandelijks geëvalueerd om te kijken wat er aangepast kan worden aan de wensen en behoeften van onze patiënten om zo nog betere zorg te kunnen verlenen.

Landelijk wordt er eens per jaar in NFU-verband een patiënt ervaringenonderzoek uitgevoerd. In drie opeenvolgende maanden ontvangen poliklinische en klinische patiënten een vragenlijst via de email waarin zij uitgenodigd worden hun ervaring te delen. Ook dit jaar scoorden onze afdelingen zeer hoog met een gemiddeld cijfer van 8,7 voor de polikliniek en de verpleegvloer. Ook gaven patiënten aan vertrouwen te hebben in de verpleegkundigen en artsen.

Verpleegafdeling Hartziekten


8,8

Verpleegafdeling Cardiothoracale Chirurgie


8,9

Polikliniek Hartziekten


8,2

Short Stay Hartziekten


9,0

Afdeling Vaatchirurgie


8,0

Polikliniek Hartziekten Lisse


8,0

04
Klinische resultaten en productie uitwerking

Klinische resultaten en productie Cardiothoracale Chirurgie

 

 

Trendanalyse

 

Aantal ingrepen per type operatie

Type operatie20182019202020212022
Hartchirurgie
Volwassenen (≥18 jaar)¹681620621³691³783³
Kinderen LUMC (<18 jaar)235243224231207
Long- en thoraxchirurgie283245228³219³211³
Overige ingrepen²273222205167201
Totaal aantal ingrepen1.4721.3301.2751.3051.390
 
¹ Exclusief transcatheter hartklepinterventies.
² Rethoracotomie vanwege bloeding of tamponade, wondbehandeling, verwijderen van sternumdraden, pacemaker procedures et cetera.
³ 2020, 2021: Gecombineerde hart- longingrepen n=3; 2022: Gecombineerde hart- longingrepen n=4.

 

Risico en mortaliteit bij hartchirurgie volwassenen

Het LUMC participeert voor kwaliteitscontrole van de hartchirurgie bij volwassenen in de landelijke registratie van hartchirurgische verrichtingen bij volwassenen van de Nederlandse Hart Registratie. Voor risicogestratificeerde analyse van de sterftecijfers wordt gebruik gemaakt van het EuroSCORE (European System for Cardiac Operative Risk Evaluation) model, een wereldwijd gehanteerd scoringssysteem om het operatiegerelateerde risico op overlijden bij hartoperaties bij volwassenen te berekenen. Hoewel het scoringssysteem breed gevalideerd is en gemakkelijk toepasbaar, is het oorspronkelijke model niet ideaal: het operatierisico wordt in bepaalde populaties overschat. Het EuroSCORE model heeft daarom een ontwikkeling doorgemaakt van de additieve EuroSCORE, de logistische EuroSCORE I tot de huidige EuroSCORE II (die evenals de logistische EuroSCORE I is gebaseerd op logistische regressie-analyse).

 

 

Risico en ziekenhuismortaliteit¹ (exclusief transcatheter hartklepinterventies)

20212022
AantalVoorspelde mortaliteitWerkelijke mortaliteitAantalVoorspelde mortaliteitWerkelijke mortaliteit
EuroSCORE II6913,8%2,6%7834,1%3,2%
 
¹ Ziekenhuismortaliteit wordt gedefinieerd als overlijden tijdens de primaire ziekenhuisopname in het LUMC. 

 

Risico en mortaliteit bij congenitale hartchirurgie

De congenitale hartchirurgie van het LUMC vindt plaats in het Centrum voor Aangeboren Hartafwijkingen Amsterdam-Leiden (CAHAL). Het CAHAL is opgericht in 1995 en is een samenwerkingsverband van drie academische ziekenhuizen, het Academisch Medisch Centrum en VU Medisch Centrum te Amsterdam, inmiddels Amsterdam Universitair Medische Centra (Amsterdam UMC) en het LUMC.
Voor kwaliteitscontrole participeert het CAHAL in het Europese gegevensbestand voor congenitale hartchirurgie (de European Congenital Heart Surgeons Association [ECHSA] Congenital Database). In de figuur hieronder representeren de in grootte variërende cirkels congenitale hartchirurgische centra die verschillen in het aantal uitgevoerde hartoperaties. De plaats op de kaart wordt bepaald door zowel het overlevingspercentage (verticale as) als de complexiteit (horizontale as) van de ingrepen die in een bepaald centrum worden uitgevoerd. Het gemiddelde overlevingspercentage en de gemiddelde operatiecomplexiteit zijn aangegeven met respectievelijk horizontale en verticale zwarte lijnen. In de blauwe cirkelwolk is de positie van het CAHAL de rode cirkel. 

Bron: ECHSA Congenital Database 2022.
Split by hospital, no time split, no procedure split.

Hartchirurgie volwassenen (≥18 jaar)

 

Aantallen per procedure (hartchirurgie volwassenen)

Procedure                 20212022
Coronaire bypasschirugie (+/-)428449
Hartklepchirurgie¹
- Aortaklep (+/-)203242
- Mitralisklep² (+/-)127157
- Tricuspidalisklep (+/-)5979
- Pulmonalisklep (+/-)1112
Chirurgische behandeling van hartfalen³ (+/-)5340
Chirurgische behandeling van hartritmestoornissen (+/-)6364
Thoracale aortachirurgie (+/-)99121
Reconstructie/unroofing coronairostium/debridging711
Myectomie810
Resectie harttumor14
LVAD89
 
(+/-): ingreep al dan niet gecombineerd met andere hartchirurgie.
LVAD = linker ventrikel assist device.
¹     Exclusief transcatheter hartklepinterventies.
²     Inclusief restrictieve mitraalklepannuloplastiek (zie ook onder de chirurgische behandeling van hartfalen).
³     Inclusief een of meer van de volgende procedures: restrictieve mitraalklepannuloplastiek, linker ventrikel aneurysma reparatie / Dor procedure,
       implantatie linker ventrikel lead ten behoeve van biventriculaire implanteerbare cardioverter defibrillator (ICD),
       en implanteerbaar ventriculair assist device (VAD).

 

 

Coronaire bypasschirurgie (+/-)

 

Coronaire bypasschirurgie (+/-)

 

Algemeen (Coronaire bypasschirurgie)

20212022
Aantal¹428449
Mannelijk geslacht342 (79,9%)362 (80,6%)
Leeftijd (in jaren)66,8 ± 9,3 (30 - 85)66,8 ± 9,1 (21 - 84)
Eerdere PCI127 (29,7%)113 (25,2%)
Eerdere hartchirurgie16 (3,7%)13 (2,9%)
- Eerdere coronaire bypass76
EuroSCORE II2,6 ± 4,0 (0,5 - 43,8)2,5 ± 4,1 (0,5 - 48,3)
 
PCI = pecutane coronaire interventie.
¹     Exclusief reconstructies / unroofing coronairostium.

Procedure (Coronaire bypasschirurgie)

20212022
Geïsoleerde coronairchirurgie327 (76,4%)339 (75,5%)
- Off-pump2,1%1,8%
Gecombineerde coronairchirurgie101 (23,6%)110 (24,5%)

Procedure bij geïsoleerde coronairchirurgie

20212022
Aantal327339
Gebruik van minstens één arteriële graft97,2%98,8%
Gebruik van minstens 2 arteriële grafts30,6%32,4%
Complete arteriële revascularisatie33,0%32,7%

Risico en ziekenhuismortaliteit bij geïsoleerde coronairchirurgie

20212022
Voorspelde mortaliteit (EuroSCORE II)1,9%1,6%
Werkelijke mortaliteit3 (0,9%)4 (1,2%)

Hartklepchirurgie – Aortaklep (+/-)

 

Algemeen (Aortaklep)

20212022
Aantal203242
Mannelijk geslacht146 (71,9%)179 (74,0%)
Leeftijd (in jaren)63,2 ± 13,8 (19 - 81)64,3 ± 12,7 (20 - 83)
Eerdere hartchirurgie             30 (14,8%)48 (19,8%)
- Eerdere aortaklep2538
EuroSCORE II5,9 ± 10,1 (0,5 - 75,9)6,6 ± 9,3 (0,5 - 52,1)

Procedure (Aortaklep)

           20212022
Geïsoleerde chirurgische aortaklep51 (25,1%)55 (22,7%)
Aortaklep + coronaire bypass26 (12,8%)37 (15,3%)
Aortaklep + mitralisklep (+/- tricuspidalisklep)10 (4,9%)14 (5,8%)
Aortaklep + thoracale aorta41 (20,2%)48 (19,8%)
Aortaklep + andere combinatie75 (36,9%)88 (36,4%)

Klepprocedure en -implantaat (Aortaklep)

20212022
Aortaklepplastiek15 (7,4%)12 (5,0%)
Chirurgische aortaklepvervanging                     188 (92,6%)230 (95,0%)
- Bioprothese, ongestent¹4764
- Bioprothese, gestent116135
- Mechanische prothese2127
- Homograft01
- Autograft43
 
¹     Inclusief ongestente aortawortelvervanging.

Risico en ziekenhuismortaliteit bij aortaklepchirurgie

20212022
Geïsoleerde aortaklep
Voorspelde mortaliteit (EuroSCORE II)    1,6%2,5%
Werkelijke mortaliteit01 (1,8%)
Aortaklep + CABG
Voorspelde mortaliteit (EuroSCORE II)3,0%3,1%
Werkelijke mortaliteit01 (2,7%)
 
CABG = coronaire bypasschirurgie.

Hartklepchirurgie – Mitralisklep (+/-)

 

Algemeen (Mitralisklep)

20212022
Aantal127157
Mannelijk geslacht                  87 (68,5%)90 (57,3%)
Leeftijd (in jaren)64,3 ± 12,3 (27 - 90)64,7 ± 12,6 (18 - 84)
Eerdere hartchirurgie18 (14,2%)31 (19,7%)
- Eerdere mitralisklep1115
EuroSCORE II6,3 ± 11,0 (0,5 - 75,9)5,3 ± 7,5 (0,5 - 44,0)

Procedure (Mitralisklep)

20212022
Geïsoleerde chirurgische mitralisklep29 (22,8%)46 (29,3%)
Mitralisklep + coronaire bypass (+/-)31 (24,4%)27 (17,2%)
Mitralisklep + tricuspidalisklep17 (13,4%)24 (15,3%)
Mitralisklep + ritmechirurgie (+/- tricuspidalisklep)13 (10,2%)17 (10,8%)
Mitralisklep + andere combinatie37 (29,1%)43 (27,4%)

Klepprocedure en -implantaat (Mitralisklep)

20212022
Chirurgische mitralisklepplastiek108 (85,0%)121 (77,1%)
Chirurgische mitralisklepvervanging                19 (15,0%)36 (22,9%)
- Bioprothese, gestent1117
- Mechanische prothese819

Klepetiologie en percentage reparatie

2021202120222022
AantalMVPAantalMVP
Functioneel17 (13,4%)100%16 (10,2%)100%
Degeneratief¹59 (46,5%)100%66 (42,0%)100%
AFMR9 (7,1%) 100%11 (7,0%)100%
Endocarditis14 (11,0%)100%16 (10,2%)81,3%
Diastolische restrictie²11 (8,7%)0%27 (17,2%)18,5%
Na eerdere MVP11 (8,7%)45,5%10 (6,4%)40,0%
Overig6 (4,7%)66,7%11 (7,0%)54,5%
 
MVP =  mitralisklepplastiek; AFMR = atrial functional mitral regurgitation.
¹     Bijvoorbeeld M. Barlow, annulusdilatatie en prolaps.
²      Rheumatisch kleplijden, postradiatie, et cetera.

Hartklepchirurgie – Tricuspidalisklep (+/-)

 

 

Algemeen (Tricuspidalisklep)

20212022
Aantal5979
Mannelijk geslacht39 (66,1%)40 (50,6%)
Leeftijd (in jaren)66,0 ± 13,4 (18 - 83)65,2 ± 14,4 (18 - 84)
Eerdere hartchirurgie11 (18,6%)25 (31,6%)
- Eerdere tricuspidalisklep     13
EuroSCORE II7,0 ± 12,2 (0,5 - 70,7)7,1 ± 9,7 (0,5 - 48,9)

Procedure (Tricuspidalisklep)

20212022
Geïsoleerde tricuspidalisklep1 (1,7%)5 (6,3%)
Gecombineerde tricuspidalisklep                  58 (98,3%)74 (93,7%)

Klepprocedure en -implantaat (Tricuspidalisklep)

20212022
Tricuspidalisklepplastiek57 (96,6%)74 (93,7%)
Tricuspidalisklepvervanging                       2 (3,4%)5 (6,3%)
- Bioprothese, gestent25
- Mechanische prothese00

Chirurgische behandeling van hartfalen (+/-)

 

De chirurgische behandeling van hartfalen omvat een of meer van de volgende procedures: additionele linker ventrikel lead, restrictieve mitralisklepannuloplastiek, linker ventrikel aneurysma reparatie / Dor procedure, en implanteerbaar ventriculair assist device (VAD).

 

Algemeen (Chirurgische behandeling van hartfalen)

20212022
Aantal5340
Mannelijk geslacht43 (81,1%)28 (70,0%)
Leeftijd (in jaren)65,9 ± 11,2 (30 - 81) 64,4 ± 9,8 (33 - 77)
Eerdere PCI14 (26,4%)10 (25,0%)
Eerdere hartchirurgie          4 (7,5%)13 (32,5%)
EuroSCORE II7,4 ± 9,7 (0,5 - 51,4)13,3 ± 15,7 (0,7 - 76,8)
 
PCI = percutane coronaire interventie.

Chirurgische procedure voor hartfalen¹

            20212022
LV lead ten behoeve van biventriculaire ICD (+/-)  31 (58,5%)14 (35,0%)
Restrictieve mitralisklepannuloplastiek (+/-)14 (26,4%)16 (40,0%)
LV aneurysma reparatie/Dor procedure (+/-)1 (1,9%)4 (10,0%)
Ventriculair assist device (+/-)8 (15,1%)9 (22,5%)
 
LV = linker ventrikel; ICD = implanteerbare cardioverter defibrillator.
¹       De meeste ingrepen omvatten meerdere van de genoemde procedures.

Chirurgische behandeling van hartritmestoornissen (+/-)

 

Algemeen (Chirurgische behandeling van hartritmestoornissen)

20212022
Aantal6364
Mannelijk geslacht52 (82,5%)46 (71,9%)
Leeftijd (in jaren)66,0 ± 11,5 (21 - 80)68,2 ± 7,8 (33 - 79)
Eerdere hartchirurgie           4 (6,3%)6 (9,4%)
EuroSCORE II3,2 ± 4,0 (0,6 - 26,7)3,9 ± 3,2 (0,7 - 21,4)

Procedure (Chirurgische behandeling van hartritmestoornissen)

20212022
Geïsoleerde ritmechirurgie                          2 (3,2%)0
Gecombineerde ingreep61 (96,8%)64 (100%)

Thoracale aortachirurgie (+/-)

 

Algemeen (Thoracale aortachirurgie)

20212022
Aantal99121
Mannelijk geslacht71 (71,7%)83 (68,6%)
Leeftijd (in jaren)57,7 ± 14,6 (19 - 80)59,4 ± 14,4 (20 - 81)
Eerdere hartchirurgie28 (28,3%)38 (31,4%)
- Eerdere thoracale aorta     1723
EuroSCORE II9,9 ± 12,9 (0,5 - 75,9)10,5 ± 11,2 (1,2 - 54,0)

Pathologie (Thoracale aortachirurgie)

20212022
Aneurysma42 (42,4%)55 (45,5%)
Acute dissectie                                                  19 (19,2%)20 (16,5%)
Overig38 (38,4%)46 (38,0%)

Gedeelte van de aorta

20212022
Ascendens98 (99,0%)121 (100%)
- Alleen aorta ascendens (+/-)7585
Boog24 (24,2%)36 (29,8%)
- Alleen aortaboog (+/-)10
Descendens2 (2,0%)2 (1,7%)
- Alleen aorta descendens00
Combinaties aortachirurgie
- Ascendens + boog2134
- Ascendens + boog + descendens                22

Congenitale hartchirurgie (CAHAL)

 

Leeftijdsgroepen en mortaliteit (Congenitale hartchirurgie CAHAL)

2021202120222022
AantalMortaliteitAantal¹Mortaliteit
<1 Maand (neonaten)636,3%515,8%
≥1 Maand en <1 jaar624,8%844,7%
≥1 Jaar en <18 jaar1400772,6%
18 Jaar en ouder²11001170,9%
Totaal3751,9%3293,0%
 
¹       Inclusief ECMO procedures rond/na congenitale hartchirurgie (n=9).
²       Alleen ingrepen waar een congenitaal cardiothoracaal chirurg bij betrokken is geweest.

Extracorporele membraanoxygenatie

 

De klinisch perfusionisten begeleiden en ondersteunen de cardio-thoracale chirurgen, cardiologen, algemeen chirurgen en intensivisten bij ingrepen en behandelingen die ondersteuning middels een extracorporele membraanoxygenatie (ECMO) vereisen.

 

 

Aantal ECMO behandelingen per type ECMO

2021202120222022
Type ECMODoelgroepAantalRundagenAantalRundagen
Veno-arterieelVolwassenen (≥18 jaar)181002271
Kinderen (<18 jaar)12811774
Veno-veneusVolwassenen (≥18 jaar)1119816202
Kinderen (<18 jaar)00111
Totaal41¹37956¹358
 
¹    2021: 21/41 ECMO’s onder verantwoordelijkheid van de afdeling Cardiothoracale Chirurgie en 20/41 van de afdeling Hartziekten;
     2022: 26/56 ECMO’s onder verantwoordelijkheid van de afdeling Cardiothoracale Chirurgie en 30/56 van de afdeling Hartziekten.

Klinische resultaten en productie Hartziekten

 

 

Polikliniek

Polikliniek Lisse

SEH

EHH

PCI's

Ablaties

Ablaties

Ablaties kamerritmestoornissen

Ablaties kamerritmestoornissen

Atriumfibrillatie ablaties

TAVI

LVAD

ICD's

LVAD

ICD's

S-ICD's

Leadless pacemakers

Pacemakers

MitraClips

ECG's

14.679

Echo-Doppler studies

17.622

Fietsergometrietests

2.272

Holterstudies

3.535

MRI cardio onderzoeken

470

Multi Slice CT-scans

1.117

Myocardperfusiescans

204

Oesophagus echo onderzoeken

238

Stressecho's

122

Klinische resultaten en productie Vaatchirurgie

 

 

Aorta-iliacaal traject / (sub)acute reinterventie

(Thoraco-)abdominale vaatchirurgie-aneurysma

A.brachialis/A.radialis/A.ulnaris - obstruerend vaatlijden (incl.trauma) elektief

A.carotis/(sub)acute reinterventie

A.carotis/elektief

A.subclavia/A.axillaris - obstruerend vaatlijden (incl.trauma)/elektief

A.carotis/elektief

A.subclavia/A.axillaris - obstruerend vaatlijden (incl.trauma)/elektief

Aorto-iliacaal traject/obstruerend vaatlijden (incl.trauma)

Extra-anatomisch bypasses/elektief

Extra-anatomische bypasses/(sub)acute reinterventie

Extra-anatomische bypasses/(sub)acute reinterventie

Infra-inguinale vaatchirurgie - obstruerend vaatlijden (incl.trauma) elektief

Infra-inguinale vaatchirurgie - obstruerend vaatlijden (incl.trauma) elektief

Infra-inguinale vaatchirurgie/(sub)acute reinterventie

Infra-inguinale vaatchirurgie-aneurysma

Vaatchirurgie/toegangschirurgie

Vaatchirurgie/veneus (varices)/ arterio-veneus

Mesenteriaal arterien - obstruerend vaatlijden (incl.trauma)elektief

Nierarterien - obstruerend vaatlijden (incl.trauma) elektief

Nierarterien/aneurysma

05
Onderwijs
en opleiding

Onze afdelingen zijn zeer actief in het onderwijs van het LUMC, met name op het gebied van hart, -vaat en -longziekten. Wij verzorgen onderwijs voor onder andere studenten geneeskunde, biomedische wetenschappen en klinische technologie. Hierbij past ook het onderwijskundig onderzoek (Educational Research) dat wordt uitgevoerd in samenwerking met het Onderwijs Expertise Centrum van het LUMC en het onderzoek binnen het Leiden Innovatie Centrum voor Hartziekten en Technologie. Daarnaast is er veel tijd en aandacht voor de opleiding en nascholing van zorgprofessionals zoals verpleegkundigen, perfusionisten, cardiologen, chirurgen, internisten en huisartsen. Alle stafleden zijn betrokken bij het onderwijs en de opleiding van de assistenten en promovendi van onze afdelingen.

Opleidingsmonitor

De Opleidingsmonitor is een vragenlijst voor artsen in opleiding (AIOS) en heeft als doel in dialoog met de AIOS te komen tot verbeter- en aandachtspunten voor de opleiding. De Opleidingsmonitor wordt 1 keer per jaar in juni regionaal uitgezet onder de AIOS. De resultaten van de Opleidingsmonitor worden na de zomer via de COC’s (Centrale Opleidingscommissie) verspreid aan de opleiders en besproken in een opleidingsjaargesprek met de AIOS. Dit wordt begeleid door een onderwijskundig adviseur van de OOR Leiden en op basis hiervan wordt het opleidingsjaarplan gemaakt. In verband met herleidbaarheid van gegevens worden de resultaten van de opleidingsmonitor alleen verspreid bij meer dan 4 AIOS.  

Opleiding cardiologie

7,3

Opleiding heelkunde

8,1

Opleiding cardiothoracale chirurgie

-

  • 0
  • 1
  • 2

 

“Het vak cardiologie wordt steeds interessanter en leuker en is enorm dynamisch. Er zijn nu zelfs een aantal patiënten op de wereld die een volledig kunsthart hebben gekregen, dus wie weet wat de toekomst ons over tien tot twintig jaar brengt. Dat gaat mijn generatie nog meemaken als cardioloog”

 

Dilek Yilmaz is eind 2018 gestart als arts in opleiding tot specialist (AIOS) cardiologie. Inmiddels zit zij in het 5e jaar van de opleiding. Dilek is op jonge leeftijd al bekend met hartziekten, omdat haar grootmoeder hartpatiënt was. Van jongs af aan vertelt Dilek al aan haar oma: “ik word later dokter, zodat ik je kan redden”. Hoewel Dilek al vroeg interesse heeft in het hart, heeft zij niet altijd al de wens om cardioloog te worden. In eerste instantie besluit Dilek als ANIOS cardiothoracale chirurgie in het LUMC aan de slag te gaan, om ervaring binnen de chirurgie op te doen. Dit blijkt uiteindelijk niet bij haar te passen.


In opleiding tot cardioloog

Dilek weet wel dat ze onderzoek wil doen en solliciteert intern op een vacature van arts-onderzoeker op de afdeling Hartziekten van het LUMC. Ze wordt aangenomen en start haar promotieonderzoek (PhD). Gaandeweg vindt Dilek de afdeling Hartziekten ontzettend leuk en weet ze inmiddels zeker dat zij medisch specialist wil worden. Ze besluit op de afdeling te solliciteren voor de functie van arts in opleiding tot specialist (AIOS). Dilek wordt aangenomen en start de opleiding tot cardioloog.


De opleiding
De opleiding start met interne geneeskunde. Dilek vertelt: “Het is een vak apart, maar je leert veel en krijgt de vrijheid om je te ontwikkelen op de vlakken waar je behoefte aan hebt”. Daarna doen AIOS een jaar van de opleiding op een van de algemene cardiologie afdelingen van een ziekenhuis in de regio. “Als je weer terugkomt in het LUMC in het vierde jaar van de opleiding, merk je echt dat je veel meer weet en kan, dan je gedacht zou hebben”. Vanaf het vijfde jaar loopt een AIOS praktischere stages. 

Bezige bij
Zowel in als naast de opleiding is Dilek een bezige bij. Iets dat haar kenmerkt, want al tijdens haar schooltijd, studie en periode als arts-onderzoeker neemt zij deel aan diverse commissies en eigent zij zich verschillende neventaken toe. Ook nu zij in opleiding tot cardioloog is, zet zij deze lijn voort. Dilek is onder andere roosteraar voor de AIOS cardiologie en neemt deel aan de vergaderingen van de Centrale Opleidingscommissie (COC), Onderwijs- en Opleidingsregio (OOR) Leiden, en de Juniorkamer van de NVVC. “Het is interessant om op lokaal, regionaal en nationaal niveau mee te denken en belangen te vertegenwoordigen. Ik weet wat er speelt en kan en wil hiermee een stem hebben. Het geeft een gevoel van autonomie”. Dilek geeft aan dat vitaliteit een thema is dat nu hoog op de agenda staat. Er is een teruggang in jonge artsen die een baan in het ziekenhuis ambiëren. “We proberen deze ‘jonge klaren’ weer te motiveren om in het ziekenhuis te komen werken en door te stromen als medisch specialist om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de opleiding en vitaliteit van de a(n)ios gewaarborgd blijft”.


Cardiologie: een vakgebied in ontwikkeling
Dilek geeft aan nooit spijt te hebben gehad van de keuze om de cardiologie in te gaan. “Het vak wordt steeds interessanter en leuker en is enorm dynamisch. De cardiologie zoals het was toen ik coschappen liep, bestaat al niet meer omdat het specialisme zoveel verder ontwikkeld is. Er zijn nu zelfs een aantal patiënten op de wereld die een volledig kunsthart hebben gekregen, dus wie weet wat de toekomst ons over tien tot twintig jaar brengt. Dat gaat mijn generatie nog meemaken als cardioloog”, vertelt Dilek.


Afronden opleiding
Dilek verwacht januari 2025 de opleiding tot cardioloog af te ronden. Zij wil graag de richting van interventiecardiologie op. Dilek zou het fantastisch vinden om na haar opleiding in het LUMC te kunnen blijven werken als dit tot de mogelijkheden behoort, want in het LUMC voelt zij zich thuis.

 

Visitatie opleiding Heelkunde

In november 2022 is de medische vervolgopleiding tot chirurg op de afdeling Heelkunde gevisiteerd. De visitatie is goed verlopen. Bij het verschijnen van dit jaarverslag is de definitieve opleidingserkenning van de RGS nog niet ontvangen. De verwachting is dat een erkenning voor onbepaalde tijd wordt verkregen met de mogelijkheid van het aanbieden van de differentiatie vaatchirurgie gedurende 1 jaar.

Onderzoek naar onderwijs

Onze afdelingen zijn zeer actief op het gebied van onderwijs, maar ook nauw betrokken bij onderzoek op het gebied van onderwijs. Deze ‘Educational Research’ is in het LUMC georganiseerd binnen het Onderwijs Expertise Centrum (OEC). Het OEC ondersteunt op allerlei manieren het onderwijs in de uitvoering, maar werkt ook continu aan de vernieuwing en verbetering van het onderwijs bij alle opleidingen. Een onderdeel daarvan is het doen van onderwijskundig onderzoek waarvoor enkele jaren geleden een onderzoeksgroep is gestart.

Professor Paul Steendijk van de afdeling Hartziekten is in de gelegenheid gesteld hier een belangrijk deel van zijn tijd aan te besteden. De onderzoeksgroep onderwijs richt zich op 3 thema’s die geleid worden door hoogleraren vanuit verschillende afdelingen: Academische Vorming (Friedo Dekker, Epidemiologie), Technology Enhanced Learning (Jos van der Hage, Heelkunde) en Innovatie en Evaluatie (Paul Steendijk, Hartziekten). De onderzoeksgroep heeft een vaste kern van LUMC-ers die dit onderzoek combineren met hun klinische taken of bijvoorbeeld hun werk als onderwijskundige. Daarnaast zijn er momenteel 9 promovendi actief in de onderzoeksgroep, en 4 onderzoekers hebben recent hun doctorstitel behaald. Onder hen dr. Marjolein Versteeg die vanuit de afdeling Hartziekten onderzoek deed naar het leergedrag van medische studenten, resulterend in een proefschrift met de titel ‘At the heart of learning’. De groep richt zich op onderwerpen die direct relevant zijn voor het onderwijs en de opleidingen van het LUMC. De resultaten worden, naast publicaties in wetenschappelijke tijdschriften en internationale congresbijdragen, ook regelmatig gedeeld met LUMC docenten en andere betrokkenen, bijvoorbeeld tijdens de 2-wekelijkse LEARN bijeenkomsten.

Ook landelijk is de groep zeer actief, zoals binnen de Nederlandse Vereniging voor Medisch Onderwijs. Medische studenten in het LUMC kunnen leren over onderwijs en onderwijskundig onderzoek binnen de Minor Medical Education die voor een belangrijk deel georganiseerd en gedoceerd wordt door staf en promovendi van de onderzoeksgroep.

Interactief onderwijs

In de afgelopen jaren is er een trend gaande om het onderwijs interactiever te maken en ook verschillende onderwijsvormen aan te bieden “Blended learning”. Onze afdelingen sluiten hierbij aan door steeds meer e-learnings, (groeps)opdrachten, kennisclips en quizzen aan te bieden over diverse onderwerpen. Studenten kunnen hiermee op hun eigen manier en in hun eigen tempo de leerstof tot zich nemen. Ook kan dit dienen als voorbereiding voor interactief onderwijs. Met de voorbereiding bereiken de studenten al voor de start van het college, of werkgroep al een hoger ingangs(kennis)niveau en kan de leerstof op meer interactieve wijze behandeld worden. Daar waar het nuttig is wordt gebruik gemaakt van online onderwijs vormen, zoals online responsie college met Q&A’s (questions & answers) over de leerstof. Op deze manier vormt de combinatie van zelfstudie, interactief, face-to-face en online onderwijs een samenhangend, elkaar versterkend geheel. Deze onderwijsvormen sluiten beter aan bij moderne didactische concepten zoals zelfregulerend leren en team based leren.

06 
Wetenschap
en onderzoek

Onze afdelingen verrichten hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek om patiënten te voorzien van de meest geavanceerde en effectieve werkwijzen van vandaag voor zowel diagnose, prognose als behandeling, en om bij te dragen aan de ontwikkeling en implementatie van de werkwijzen van morgen. 

Regelmatig dienen wij nieuwe subsidieaanvragen in voor wetenschappelijk onderzoek.
Onze afdelingen zijn tevens actief betrokken bij diverse nationale en internationale conferenties en congressen. Een greep uit de wetenschappelijke onderzoeken die in 2022 hebben plaatsgevonden en de prijzen en beurzen die wij in het afgelopen jaar hebben ontvangen, is terug te vinden in dit hoofdstuk.
Onze afdelingen publiceren daarnaast in een groot aantal peer-reviewed wetenschappelijke tijdschriften, voornamelijk op het gebied van cardiovasculaire- en longgeneeskunde. Een up-to-date overzicht van de wetenschappelijke publicaties staat op onze website. In dit hoofdstuk vindt u tevens een overzicht van de proefschriften die onze jonge doctors in 2022 succesvol hebben verdedigd.

Highlights

Dr. Nina Ajmone Marsan kreeg een Dekkerbeurs van ruim €700.000,- uitgereikt van de Hartstichting om onderzoek te kunnen verrichten naar een nieuwe behandeling voor vernauwde aortakleppen.

Fotografie: Arnaud Roelofsz

Prof.dr. Jerry Braun sprak op 23 september 2022 zijn oratie uit met als titel ‘Uit talloos veel miljoenen’.

Dr. Tim De Coster heeft een Off road subsidie (€100K) ontvangen om onderzoek te doen naar non-sustained arrhythmias in het laboratorium experimentele cardiologie.

Niels Harlaar heeft de Hugo van Poelgeest prijs ontvangen voor zijn baanbrekend onderzoek naar de ontwikkeling van nieuwe menselijke hartmodellen, waardoor tevens proefdieren vervangen kunnen worden.

Prof. dr. Monique Jongbloed heeft een schenking gehad via de Bontius stichting (€50.000,-), ten behoeve van het project: “Werken aan een betere toekomst voor patiënten met een Fontan circulatie”.

Dr. Dave Koolbergen is op 23 november 2022 samen met twee collega’s van het CAHAL, dr. Lukas Rammeloo en dr. Frank Engbers, door de Surinaamse president Chan Santokhi benoemd tot Ridder in de Ere Orde van de Gele Ster. Zij ontvingen deze onderscheiding voor hun grote bijdrage aan de samenleving in Suriname door hun belangeloze inspanningen voor het Surinaamse kind op het gebied van de kinderhartzorg.

Prof. dr. Daniël Pijnappels:

  • is benoemd tot hoogleraar cellulaire elektrofysiologie met een bijzondere aandacht voor interdisciplinaire translationele cardiologie;
  • is toegetreden tot de beoordelingscommissie van de Vidi subsidies voor ZonMw;
  • heeft de Outstanding Achievement Award ontvangen van de Coucil for Basic Cardiovascular Science van de European Society of Cardiology;
  • heeft een Consolidator Grant (€2M) van de European Research Council (ERC) ontvangen voor zijn project “Translational optoelectronic control of cardiac rhythm in atrial fibrillation”;
  • heeft samen met Twan de Vries en een groot nationaal consortium (embRACE: Electro-Molecular Basis and the theRapeutic management of Atrial Cardiomyopathy, fibrillation and associated outcomES) een subsidie ontvangen (€3M) om onderzoek te doen naar de oorzaak en behandeling van boezemfibrilleren.

Dr. Roderick Treskes heeft de “Reviewer Of The Year Award” gewonnen van de European Heart Journal of Digital Health.

Dr. Saïd Askar heeft een subsidie van €83.000,- ontvangen uit het ZonMW-programma Off Road om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om niet-menselijke hartspiercellen te veranderen in menselijke hartspiercellen in het laboratorium experimentele cardiologie.

Op 15 maart 2022 vond in het LUMC een LUMC Top Research Seminar plaats rond het thema ‘Congenital Heart Research’. Diverse medewerkers van het Centrum Aangeboren Hartafwijkingen Amsterdam Leiden (CAHAL) presenteerden tijdens deze seminar de laatste ontwikkelingen in het onderzoek naar de (chirurgische) behandeling van kinderen met een aangeboren hartafwijking.

Michelle Feijen (MSc) won een European Heart Rhythm Association Congress Educational and Travel Grant 2022. Ook won zij een Heart Failure Congress Educational and Travel Grant 2022.

Het Hart Long Centrum heeft subsidie ​​voor drie waardegedreven zorgprojecten ontvangen:

  • Psychosociale zorg voor kinderen en volwassenen met een aangeboren hartaandoening ( Philippine Kiès & drs. Lieke Rozendaal);
  • Optimale hartfalenzorg thuis ( Kirsten Kortekaas & prof. dr. Douwe Atsma);
  • Cardiothoracale Chirurgie Patiëntenzorg – A Patient’s Journey ( Mark Boogers, dr. Jeroen Wink, prof. dr. Douwe Atsma & drs. Arend de Weger). Inmiddels wordt het zorgpad uitgerold, waarin de zorg rondom de thorax operatie patiënt wordt verbeterd, met aandacht voor prehabilitatie, psycho-sociale en leefstijlverbetering. We trachten patient fit-for-surgery te krijgen.

Tijdens het Basic Vascular Science symposium werd de prijs voor best oral presentation gewonnen door Alwin de Jong en de runner-up prijs was voor Thijs Sluiter, een mooie verdienste voor beide promovendi van de afdeling Heelkunde.

Drs. Marieke Nederend won de eerste prijs voor “beste abstract presentatie” tijdens The 13th European Meeting on Adult Congenital Heart Disease (EuroACHD 2022) voor haar abstract met de titel “Sacubitril/valsartan in the treatment of systemic right ventricular failure: follow-up”.
Daarnaast won zij op het NVVC najaarscongres 2022 de eerste prijs voor “beste abract presentatie” in de sessie Adult Congenital Heart Disease voor haar abstract met de titel “Tolerability and beneficial effects of sacubitril/valsartan in systemic right ventricular failure”.
Tevens won zij een European Heart Rhythm Association Congress Educational Grant 2022.

Dr. Arti Ramkisoensing was genomineerd voor de prof. dr. G.J. Tammelingprijs. Een prijs die ieder jaar wordt uitgereikt aan de beste LUMC docent(e) van het jaar. Ze was tevens genomineerd voor de Onderwijsprijs van de Universiteit Leiden in zijn geheel. Deze nominaties kwamen voort uit haar rol als blok-coördinator.

Diederick Verheijen won op het NVVC voorjaarscongres 2022 de prijs van “Best Oral Abstract Presentation” in de sessie Coronary Artery Disease voor zijn abstract met de titel “The Role of FFR, iFR and IVUS in the Diagnostic Workup of Patients with a Right AAOCA: Potential Impact for Current Clinical Practice”
Daarnaast was hij “2nd runner up” in de sessie “beste abstract” tijdens de 17th Annual Scientific Meeting of the Society of Cardiovascular Computed Tomography (SCCT2022) voor zijn abstract met de title “A novel method to identify an intramural segment in interarterial anomalous coronary arteries on CT-angiography”

Dr. Nina Ajmone Marsan kreeg een Dekkerbeurs van ruim €700.000,- uitgereikt van de Hartstichting om onderzoek te kunnen verrichten naar een nieuwe behandeling voor vernauwde aortakleppen.

Fotografie: Arnaud Roelofsz

Dr. Saïd Askar heeft een subsidie van €83.000,- ontvangen uit het ZonMW-programma Off Road om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om niet-menselijke hartspiercellen te veranderen in menselijke hartspiercellen in het laboratorium experimentele cardiologie.

Prof.dr. Jerry Braun sprak op 23 september 2022 zijn oratie uit met als titel ‘Uit talloos veel miljoenen’.

Op 15 maart 2022 vond in het LUMC een LUMC Top Research Seminar plaats rond het thema ‘Congenital Heart Research’. Diverse medewerkers van het Centrum Aangeboren Hartafwijkingen Amsterdam Leiden (CAHAL) presenteerden tijdens deze seminar de laatste ontwikkelingen in het onderzoek naar de (chirurgische) behandeling van kinderen met een aangeboren hartafwijking.

Dr. Tim De Coster heeft een Off road subsidie (€100K) ontvangen om onderzoek te doen naar non-sustained arrhythmias in het laboratorium experimentele cardiologie.

Michelle Feijen (MSc) won een European Heart Rhythm Association Congress Educational and Travel Grant 2022. Ook won zij een Heart Failure Congress Educational and Travel Grant 2022.

Niels Harlaar heeft de Hugo van Poelgeest prijs ontvangen voor zijn baanbrekend onderzoek naar de ontwikkeling van nieuwe menselijke hartmodellen, waardoor tevens proefdieren vervangen kunnen worden.

Het Hart Long Centrum heeft subsidie ​​voor drie waardegedreven zorgprojecten ontvangen:

  • Psychosociale zorg voor kinderen en volwassenen met een aangeboren hartaandoening ( Philippine Kiès & drs. Lieke Rozendaal);
  • Optimale hartfalenzorg thuis ( Kirsten Kortekaas & prof. dr. Douwe Atsma);
  • Cardiothoracale Chirurgie Patiëntenzorg – A Patient’s Journey ( Mark Boogers, dr. Jeroen Wink, prof. dr. Douwe Atsma & drs. Arend de Weger). Inmiddels wordt het zorgpad uitgerold, waarin de zorg rondom de thorax operatie patiënt wordt verbeterd, met aandacht voor prehabilitatie, psycho-sociale en leefstijlverbetering. We trachten patient fit-for-surgery te krijgen.

Prof. dr. Monique Jongbloed heeft een schenking gehad via de Bontius stichting (€50.000,-), ten behoeve van het project: “Werken aan een betere toekomst voor patiënten met een Fontan circulatie”.

Tijdens het Basic Vascular Science symposium werd de prijs voor best oral presentation gewonnen door Alwin de Jong en de runner-up prijs was voor Thijs Sluiter, een mooie verdienste voor beide promovendi van de afdeling Heelkunde.

Dr. Dave Koolbergen is op 23 november 2022 samen met twee collega’s van het CAHAL, dr. Lukas Rammeloo en dr. Frank Engbers, door de Surinaamse president Chan Santokhi benoemd tot Ridder in de Ere Orde van de Gele Ster. Zij ontvingen deze onderscheiding voor hun grote bijdrage aan de samenleving in Suriname door hun belangeloze inspanningen voor het Surinaamse kind op het gebied van de kinderhartzorg.

Drs. Marieke Nederend won de eerste prijs voor “beste abstract presentatie” tijdens The 13th European Meeting on Adult Congenital Heart Disease (EuroACHD 2022) voor haar abstract met de titel “Sacubitril/valsartan in the treatment of systemic right ventricular failure: follow-up”.
Daarnaast won zij op het NVVC najaarscongres 2022 de eerste prijs voor “beste abract presentatie” in de sessie Adult Congenital Heart Disease voor haar abstract met de titel “Tolerability and beneficial effects of sacubitril/valsartan in systemic right ventricular failure”.
Tevens won zij een European Heart Rhythm Association Congress Educational Grant 2022.

Prof. dr. Daniël Pijnappels:

  • is benoemd tot hoogleraar cellulaire elektrofysiologie met een bijzondere aandacht voor interdisciplinaire translationele cardiologie;
  • is toegetreden tot de beoordelingscommissie van de Vidi subsidies voor ZonMw;
  • heeft de Outstanding Achievement Award ontvangen van de Coucil for Basic Cardiovascular Science van de European Society of Cardiology;
  • heeft een Consolidator Grant (€2M) van de European Research Council (ERC) ontvangen voor zijn project “Translational optoelectronic control of cardiac rhythm in atrial fibrillation”;
  • heeft samen met Twan de Vries en een groot nationaal consortium (embRACE: Electro-Molecular Basis and the theRapeutic management of Atrial Cardiomyopathy, fibrillation and associated outcomES) een subsidie ontvangen (€3M) om onderzoek te doen naar de oorzaak en behandeling van boezemfibrilleren.

Dr. Arti Ramkisoensing was genomineerd voor de prof. dr. G.J. Tammelingprijs. Een prijs die ieder jaar wordt uitgereikt aan de beste LUMC docent(e) van het jaar. Ze was tevens genomineerd voor de Onderwijsprijs van de Universiteit Leiden in zijn geheel. Deze nominaties kwamen voort uit haar rol als blok-coördinator.

Dr. Roderick Treskes heeft de “Reviewer Of The Year Award” gewonnen van de European Heart Journal of Digital Health.

Diederick Verheijen won op het NVVC voorjaarscongres 2022 de prijs van “Best Oral Abstract Presentation” in de sessie Coronary Artery Disease voor zijn abstract met de titel “The Role of FFR, iFR and IVUS in the Diagnostic Workup of Patients with a Right AAOCA: Potential Impact for Current Clinical Practice”
Daarnaast was hij “2nd runner up” in de sessie “beste abstract” tijdens de 17th Annual Scientific Meeting of the Society of Cardiovascular Computed Tomography (SCCT2022) voor zijn abstract met de title “A novel method to identify an intramural segment in interarterial anomalous coronary arteries on CT-angiography”

  • 0
  • 1
  • 2

Proefschriften

Short-term pre-operative dietary restriction in vascular surgery
Peter Kip
3 februari 2022

Promotor: Prof. dr. P.H.A. Quax
Co-promotor: Dr. M.R. de Vries

Advanced echocardiography in characterization and management of patients with secondary mitral regurgitation
Farnaz Namazi
10 mei 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado en dr. N. Ajmone Marsan

New insights on post-myocardial infarction ventricular tachycardia ablation: defining patient-tailored endpoints to improve outcome
Marta de Riva Silva
2 juni 2022

Promotor: Prof. dr. Zeppenfeld en prof. dr. M.J. Schalij

Small regulatory RNAs in vascular remodeling and atherosclerosis
Eva van Ingen
9 juni 2022


Promotor: Prof. dr. P.H.A. Quax
Co-promotores: Dr. J.R. van der Vorst en dr. A.H. Vahrmeijer

Characterization of tricuspid regurgitation and its prognostic implications
Marlieke Dietz
28 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Aortic valve disease: multimodality imaging for risk stratification and evaluation of therapy
Mara Vollema
6 september 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Evaluation and improvement of integrated cardiac care. Efficient and effective care in patients with chronic coronary artery disease and chronic heart failure
Marijke Vester
13 december 2022

Promotor: Prof. Dr. M.J. Schalij
Copromotores: Dr. P.R.M. van Dijkman en dr. L.F. Tops

Biomechanical studies on type B aortic dissection
Hugo Veger
24 maart 2022

Promotor: Prof. dr. J.F. Hamming

Multi-modality imaging in ischemic heart disease, arrhythmia and cardiac-mechanics
Mohammed El Mahdiui
10 mei 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax en prof. dr. J.W. Jukema
Co-promotor: Dr. V. Delgado

 

Near-infrared fluorescence imaging with indocyanine green in vascular surgery
Pim van den Hoven
9 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.F. Hamming
Co-promotores: Dr. J.R. van der Vorst en dr. A.H. Vahrmeijer

Multimodality imaging for myocardial injury in acute myocardial infarction and the assessment of valvular heart disease
Tomaz Podlesnikar
28 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Vasoplegia after heart failure surgery
Marieke van Vessem
20 september 2022

Promotor: Prof. dr. R.J.M. Klautz
Co-promotores: dr. M. Palmen en dr. S.L.M.A. Beeres

Redesigning Cardiovascular Healthcare – Patient and Professional Perspectives on Value
Alex Hilt
29 november 2022

Promotor: Prof. dr. M.J. Schalij
Co-promotores: Dr. S.L.M.A. Beeres, Dr. R.W.C. Scherptong

Left Ventricular Reconstruction in Ischemic Cardiomyopathy
Patrick Klein
15 december 2022

Promotores: Prof. dr. R.J.M. Klautz en prof. dr. J. Braun

Short-term pre-operative dietary restriction in vascular surgery
Peter Kip
3 februari 2022

Promotor: Prof. dr. P.H.A. Quax
Co-promotor: Dr. M.R. de Vries

Biomechanical studies on type B aortic dissection
Hugo Veger
24 maart 2022

Promotor: Prof. dr. J.F. Hamming

Advanced echocardiography in characterization and management of patients with secondary mitral regurgitation
Farnaz Namazi
10 mei 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado en dr. N. Ajmone Marsan

Multi-modality imaging in ischemic heart disease, arrhythmia and cardiac-mechanics
Mohammed El Mahdiui
10 mei 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax en prof. dr. J.W. Jukema
Co-promotor: Dr. V. Delgado

 

New insights on post-myocardial infarction ventricular tachycardia ablation: defining patient-tailored endpoints to improve outcome
Marta de Riva Silva
2 juni 2022

Promotor: Prof. dr. Zeppenfeld en prof. dr. M.J. Schalij

Near-infrared fluorescence imaging with indocyanine green in vascular surgery
Pim van den Hoven
9 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.F. Hamming
Co-promotores: Dr. J.R. van der Vorst en dr. A.H. Vahrmeijer

Small regulatory RNAs in vascular remodeling and atherosclerosis
Eva van Ingen
9 juni 2022


Promotor: Prof. dr. P.H.A. Quax
Co-promotores: Dr. J.R. van der Vorst en dr. A.H. Vahrmeijer

Multimodality imaging for myocardial injury in acute myocardial infarction and the assessment of valvular heart disease
Tomaz Podlesnikar
28 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Characterization of tricuspid regurgitation and its prognostic implications
Marlieke Dietz
28 juni 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Vasoplegia after heart failure surgery
Marieke van Vessem
20 september 2022

Promotor: Prof. dr. R.J.M. Klautz
Co-promotores: dr. M. Palmen en dr. S.L.M.A. Beeres

Aortic valve disease: multimodality imaging for risk stratification and evaluation of therapy
Mara Vollema
6 september 2022

Promotor: Prof. dr. J.J. Bax
Co-promotor: Dr. V. Delgado

Redesigning Cardiovascular Healthcare – Patient and Professional Perspectives on Value
Alex Hilt
29 november 2022

Promotor: Prof. dr. M.J. Schalij
Co-promotores: Dr. S.L.M.A. Beeres, Dr. R.W.C. Scherptong

Evaluation and improvement of integrated cardiac care. Efficient and effective care in patients with chronic coronary artery disease and chronic heart failure
Marijke Vester
13 december 2022

Promotor: Prof. Dr. M.J. Schalij
Copromotores: Dr. P.R.M. van Dijkman en dr. L.F. Tops

Left Ventricular Reconstruction in Ischemic Cardiomyopathy
Patrick Klein
15 december 2022

Promotores: Prof. dr. R.J.M. Klautz en prof. dr. J. Braun

389

Wetenschappelijke publicaties in 2022

07 Wetenschap en onderzoek per afdeling

Een aantal ervaringen vanuit de laboratoria, studies en publicaties van onze afdelingen staan hieronder uitgelicht.

 

Wetenschap en onderzoek Cardiothoracale Chirurgie

Vasoplegie bij patiënten na een hartoperatie

Ernstige complicatie na hartchirurgie
Vasoplegie is een bekende ernstige complicatie na hartchirurgie. Het wordt gekenmerkt door een lage bloeddruk, waarbij de bloedvaten wijd openstaan en het lichaam slecht reageert op vaatvernauwende medicijnen. Dit kan leiden tot een langdurig ziekbed met onvolledig herstel en in een groot aantal gevallen tot overlijden. Daarom hebben we studies opgezet om mogelijke factoren te onderzoeken die het risico op postoperatieve vasoplegie zouden kunnen verhogen en vervolgens om mogelijke behandelingsopties te beoordelen.

VASOR studie
Patiënten met hartfalen zijn volgens meerdere studies gevoeliger voor vasoplegie. Het is nog niet helemaal duidelijk waar dit door komt. Om die reden onderzochten we binnen de VASOR studie (volledige titel: “Vascular reactivity in patients with heart failure: ex and in vivo vasoresponsiveness) waarom de vaatreactiviteit van patiënten na hartfalenchirurgie verandert en waarom deze patiënten een hoger risico hebben op het ontwikkelen van vasoplegie. Het is een prospectieve studie waarbij de vaatreactiviteit van patiënten met hartfalen werd vergeleken met patiënten zonder hartfalen (totaal 60 patiënten). In het in vivo deel werd de reactie van de bloedvaten op vaatvernauwende en vaatverwijdende medicijnen perioperatief in kaart gebracht. Bij het ex-vivo gedeelte van de VASOR studie werd een stukje vetweefsel tijdens de operatie bij patiënten weggehaald en dat vervolgens in het laboratorium van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam onderzocht. Kleine bloedvaten werden uit het vetweefsel verzameld om daarna te onderzoeken of de bloedvaten van patiënten met hartfalen anders reageren op vaatvernauwende en vaatverwijdende medicijnen dan patiënten zonder hartfalen. Bij beide onderdelen van de VASOR studie lieten patiënten met hartfalen een verminderde vaatresponsiviteit tegen alpha-receptor agonisten zien (zie figuur hierboven). Deze verminderde vaatresponsiviteit zou het verhoogde risico op het ontwikkelen van vasoplegie kunnen verklaren.

CytoSorb-HF studie
Een belangrijke oorzaak van postoperatieve vasoplegie is waarschijnlijk het gebruik van de hart-long machine, doordat een reactie van het immuunsysteem voorkomen wordt. Om deze reden hebben we een vervolgstudie opgesteld naar een preventieve strategie om het risico op vasoplegie bij hartfalenpatiënten te kunnen verlagen: de CytoSorb-HF trial (volledige titel: “Prevention of vasoplegia with the use of CytoSorb”). Het gaat hierbij om een gerandomiseerde klinische trial naar het gebruik van het CytoSorb filter (totaal 36 patiënten). Dit filter kan tijdens de operatie, de voor het vaatsysteem schadelijke stoffen wegvangen uit het bloed. Met deze trial willen wij beoordelen of het gebruik van het CytoSorb filter postoperatieve vasoplegie bij hartfalenpatiënten kan helpen voorkomen en de klinische uitkomst van hartfalenchirurgie kan verbeteren.

 

Onderzoek naar resultaten van mitralisklepoperaties

Onderzoeksrichtingen
Op de afdeling Cardiothoracale Chirurgie vindt wetenschappelijk onderzoek plaats naar de resultaten van mitralisklepoperaties. De huidige projecten richten zich op chirurgische technieken voor mitralisklepreparaties bij verschillende aandoeningen, zoals infectieve endocarditis van de mitralisklep en degeneratieve mitralisklepziekte, evenals optimalisatie van de perioperatieve zorg. Het probleem van postoperatieve atriale ritmestoornissen en de mogelijkheden voor preventieve behandeling maken deel uit van de toekomstige onderzoeksrichting.

Multidisciplinair onderzoeksteam
Voor het onderzoeksprogramma met betrekking tot de resultaten van mitralisklepoperaties is een multidisciplinair onderzoeksteam van groot belang. Er bestaat een sterke samenwerking tussen de afdeling Cardiothoracale Chirurgie en de afdeling Hartziekten, met name met de echocardiografie en elektrofysiologie van deze afdelingen. Als resultaat van deze nauwe samenwerking is recentelijk een artikel gepubliceerd waarin de effecten van twee verschillende chirurgische mitralisklep reparatietechnieken op de linkerventrikelfunctie werden vergeleken met behulp van moderne beeldvormingstechnieken.

Samenwerking met AUMC en VUMC
In de afgelopen jaren heeft er een fusie plaatsgevonden tussen de afdelingen Cardiothoracale Chirurgie van het LUMC, AUMC en VUMC. Dit biedt mogelijkheden voor gezamenlijke projecten en om van elkaar te leren. Zo hebben we vorig jaar tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de European Association of Cardio-Thoracic Surgery de resultaten gepresenteerd van chirurgische behandeling van patiënten met gecompliceerde aortawortelabces en betrokkenheid van meerdere hartkleppen. Dit soort operaties wordt slechts in enkele expertisecentra ter wereld uitgevoerd, en we hebben onze resultaten van een van de grootste patiëntencohorten onlangs ook gepubliceerd (zie figuur hieronder).

 

Internationale samenwerking
De afgelopen jaren is er ook een internationale samenwerking tot stand gekomen. Een dergelijke samenwerking biedt de kans om de actuele onderzoeksvragen nog beter te bestuderen en te beantwoorden. Het stelt ons niet alleen in staat om de reeds verzamelde gegevens gezamenlijk te bestuderen, maar ook om kennis te delen en nieuwe gezamenlijke projecten te starten. Momenteel werken we samen met centra in Spanje (Barcelona) en Duitsland (Frankfurt), en het plan is om de internationale samenwerking verder uit te breiden.

Wetenschap en onderzoek Hartziekten

Laboratorium Experimentele Cardiologie

Voor het Laboratorium Experimentele Cardiologie was 2022 een bijzonder jaar, waarbij veel vooruitgang werd geboekt in het kader van het algemeen doel: het doorgronden van de mechanismen van 1) elektrische activatie en propagatie, alsmede die van 2) celontwikkeling en homeostase in zowel het gezonde als zieke hart om met deze kennis nieuwe, biologische therapieën te ontwikkelen voor hartziekten, in het bijzonder voor hartritmestoornissen. Hierbij wordt bijvoorbeeld getracht om het hart zelf in staat te stellen om schadelijke processen te detecteren en te neutraliseren. Deze nieuwe vormen van therapie zouden daarmee niet alleen effectief en duurzaam zijn, maar ook pijnvrij. Vooral het onderzoek naar hartspiercelvorming om een beter begrip te krijgen van hoe het beschadigde hart zichzelf zou kunnen repareren wierp zijn vruchten af. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de publicatie in Nature Biomedical Engineering waarin wij een conditioneel geïmmortaliseerde lijn van menselijke hartspiercellen uit de boezem introduceerde, karakteriseerde en toepaste voor hartritmeonderzoek (Harlaar et al. Nat Biomed Eng, 2022). Middels zulke cellijnen konden wij ook nieuwe factoren ontdekken die betrokken zijn bij de vorming van hartspiercellen (van Gorp et al. Circulation Research, 2022). Ook het onderzoek naar biologische defibrillatie kreeg een positieve stimulans door de toekenning van een ERC Consolidator Grant (€2M), waardoor voor de aankomende 5 jaar o.a. meerdere onderzoekers (biologen, artsen, natuurkundigen en engineers) kunnen worden aangesteld. Er werden ook andere subsidies toekend en de onderzoekers ontvingen verschillende awards voor hun onderzoek. Kortom, met de resultaten van 2022 zien wij 2023 met veel plezier tegemoet.

 

Clinical Established Investigator Dekkerbeurs voor Dr. Ajmone Marsan

De Hartstichting heeft in 2021 de Clinical Established Investigator Dekkerbeurs toegekend aan Dr. Nina Ajmone Marsan. Op 23 maart 2022 kreeg zij deze tijdens een feestelijke bijeenkomst uitgereikt. De beurs van ruim €700.000,- stelt Dr. Ajmone Marsan en haar onderzoeksgroep in staat om 5 jaar onderzoek te doen naar nieuwe behandelingen voor vernauwde aortakleppen, wat hopelijk leidt tot de ontdekking van nieuwe medicijnen, om ingrijpende operaties te voorkomen.

Hart in het nauw
Een aortaklepstenose is een vernauwing van de hartklep tussen de linkerhartkamer en de aorta. Door de vernauwing is er meer druk nodig om het bloed weg te pompen, waardoor de hartspier dikker wordt. Na verloop van tijd raakt het hart uitgeput en gaat het slechter pompen, wat in sommige gevallen leidt tot het ontstaan van hartritmestoornissen of hartfalen.

Nieuwe behandeling
Er bestaan momenteel geen effectieve medicijnen die de vernauwing van de aortaklep tegengaan. Op dit moment is een operatie de enige optie om ernstig hartfalen of zelfs het overlijden van patiënten te voorkomen. Dankzij de Dekkerbeurs hebben Ajmone Marsan en haar onderzoeksteam twee innovatieve methoden ontwikkeld en verbeterd om de biomoleculaire mechanismen van aortaklepstenose te bestuderen.

De eerste methode is een ex-vivo gesloten stroomsysteem voor de langdurige kweek van hele muizenharten, waarin kenmerken van aortaklepstenose, zoals verdikking en verkalking, kunnen worden nagebootst en geremd door specifieke stoffen. Door aanpassingen aan de hemodynamische omgeving van de aortaklep is gebleken dat de mate van verkalking onder andere afhangt van de stroomsnelheid. Daarnaast kunnen specifieke celpopulaties worden gemarkeerd, waardoor het gedrag van deze cellen tijdens aortaklepziekte kan worden bestudeerd.

Bij de tweede methode worden menselijke hartklepslices buiten het lichaam gekweekt, waarbij het mogelijk is om verkalking op gang te brengen in oorspronkelijk niet-verkalkte aortakleppen. Dit proces kan worden geremd door specifieke stoffen, wat een solide basis biedt voor het bestuderen van de cellulaire en moleculaire veranderingen die optreden bij aortaklepstenose. Momenteel worden verschillende experimenten uitgevoerd om de optimale kweekomstandigheden vast te stellen en de verkalkingskenmerken van verschillende delen van de aortaklep te bepalen.

Het onderzoeksteam hoopt met behulp van deze nieuwe aanpak een effectieve farmacologische behandeling te ontdekken voor aortaklepvernauwingen.


ESC-richtlijnen 2022 voor de behandeling van patiënten met ventriculaire  ritmestoornissen en de preventie van plotselinge hartdood

In 2015 waren de laatste ESC-richtlijnen voor de behandeling van patiënten met ventriculaire ritmestoornissen (ventricular arrhythmias – VA) en de preventie van plotselinge hartdood (sudden cardiac death – SCD) uitgevaardigd. Nieuwe bevindingen en bewijs met betrekking tot VA en SCD maakten, na 7 jaar, een herziening van de richtlijnen noodzakelijk. Onder leiding van prof. dr. Katja Zeppenfeld, cardioloog in het LUMC, heeft een team van 25 experts uit heel Europa twee jaar non-stop gewerkt aan het herzien van de ESC-richtlijnen voor VA en SCD. De richtlijnen zijn voor het eerst gepresenteerd en gepubliceerd tijdens het ESC congres in Barcelona in augustus 2022.

Richtlijnen over hart- en vaatziekten
De European Society of Cardiology (ESC) verspreidt de meest up-to-date evidence-based kennis over preventie en behandeling van hart- en vaatziekten onder artsen in de vorm van ESC richtlijnen. Richtlijnen bevatten relevante informatie over een breed scala aan hart- en vaatziekten. De ESC richtlijnen zijn wereldwijd toonaangevend en geven artsen richting bij het kiezen van de beste behandelstrategieën voor hun individuele patiënten en vergemakkelijken besluitvorming in de dagelijkse praktijk.

Drie cardiologen LUMC betrokken bij herziening
Prof. dr. Katja Zeppenfeld, bekend expert op het gebied van VA en SCD, werd door de ESC President benoemd tot voorzitter van het Comité dat de richtlijnen van 2015 voor de behandeling van patiënten met VA en SCD mocht gaan updaten. Bijzonder is dat naast Zeppenfeld, nog twee LUMC’ers werden gekozen voor het team dat de richtlijnen zou herzien, cardioloog dr. Marta de Riva (als taskforce coordinator) en kindercardioloog prof. dr. Nico Blom (als auteur). Een mooie erkenning dat het LUMC internationaal zowel klinisch als wetenschappelijk een voortrekkersrol heeft op het gebied van het diagnosticeren en behandelen van patiënten met hartritmestoornissen en om die reden ook nationaal en internationaal verwijscentrum is.

Wat is nieuw in deze richtlijnen?
De herziene richtlijnen bestaan uit verschillende onderdelen en zijn heel praktisch om artsen in de dagelijkse praktijk zo goed mogelijk te ondersteunen in de zorg aan hun patiënten. De richtlijnen bevatten nieuwe secties over diagnostiek van verschillende typen hartritmestoornissen en stroomschema’s die leiden tot het stellen van een correcte diagnose.
Nieuw in deze richtlijnen is ook het belang van het uitvoeren van autopsie op personen die plotseling zijn overleden aan een hartstilstand en genetisch onderzoek van hun families. Dit leidt namelijk in een aanzienlijk deel van families tot een diagnose van genetische hartziekten.
Hiernaast is er een sectie toegevoegd die beschrijft hoe er door middel van risicostratificatie een betere inschatting gemaakt kan worden op het ontwikkelen van hartritmestoornissen of een plotselinge hartdood.
Als laatste besteden de herziene richtlijnen aandacht aan het belang van een grotere beschikbaarheid van openbare defibrillatoren (AED’s) en training op het gebied van reanimatie voor het algemene publiek.  Het doel hiervan is de overlevingskans van slachtoffers die buiten het ziekenhuis een hartstilstand krijgen, te verbeteren.

De richtlijnen zijn na herziening in gedrukte en digitale vorm beschikbaar gesteld aan artsen, zodat patiënten wereldwijd zorg kunnen ontvangen volgens de nieuwste wetenschappelijke bevindingen.

De volledig herziene richtlijnen zijn te lezen in de European Heart Journal.

 

Wetenschap en onderzoek Vaatchirurgie

REGMED Cardiac Moonshot Programma

In het kader van het REGMED Cardiac Moonshot Programma wordt door een landelijk samenwerkingsverband geprobeerd om een hart buiten het lichaam (ex vivo) een aantal dagen in kweek te houden, als ambitieus baanbrekend project (moonshot) voor de langere termijn. Onder leiding van hoofdonderzoeker dr. Boudewijn Kruithof is het op dit moment mogelijk gemaakt om een muizenhart tot 7 dagen vitaal in kweek te houden. Ook wordt onder leiding van hoofdonderzoeker dr. Taya Bezhaeva de rol van de kleine bloedvaten (microvasculatuur) van het hart onderzocht met behulp van de nieuwste microscopische technieken, zoals Light Sheet Microscopie. Gezamenlijk hebben zij kunnen aantonen dat de kwaliteit van het microvasculature vaatbed sterk verbeterd in de aanwezigheid van ontstekingsremmers, waarmee de overlevingsduur van de hartjes in kweek sterk zou kunnen toenemen.

Detectie van microvasculaire bloedvaten in de ex vivo gekweekte muizenhartjes op heel orgaan niveau na iDISCO tissue clearance, met van links naar rechts het transluminant hart, de mocroscopie opstelling, het microvasculature in het hart en een gedetaileerde zoom-in van het microvasculature.